Immuunsuppressiva - biologicals

Question 1

voorbeelden anti-TNF medicatie

Answer 1

• infliximab
• adalimumab
• etanercept

Question 2

functie anti-TNF

Answer 2

Ze binden specifiek aan tumornecrosefactor alfa (TNF-alfa), waarmee de interactie tussen TNF-alfa en TNF-receptoren op het celoppervlak geblokkeerd wordt

Question 3

effecten anti-TNF

Answer 3

• remt ontstekingsprocessen
• vermindert proliferatie keratinocyten

Question 4

indicatie anti-TNF

Answer 4

• ziekte van Crohn
• sarcoïdose
• psoriasis artritis
• psoriasis
• alkyloserende spondylitis
• reumatoïde artritis
• uveïtis

Question 5

contra-indicatie anti-TNF

Answer 5

MS

Question 6

bijwerkingen anti-TNF

Answer 6

• (opportunistische) infecties
• antistofvorming
• lokale of systemische infusiereacties (roodheid, jeuk, koorts, rillingen)

Question 7

functie ustekinumab

Answer 7

anti-IL12 en anti-IL23

Question 8

indicatie ustekinumab

Answer 8

• psoriasis
• ziekte van Crohn

Question 9

functie secukinumab

Answer 9

anti-IL17

Question 10

effecten secukinumab

Answer 10

• verminderde chemokine productie
• remming neutrofielen

Question 11

bijwerking secukinumab

Answer 11

schimmelinfecties

Question 12

indicatie secukinumab

Answer 12

• psoriasis
• spondylitis ankylopoetica (ziekte van Bechterew)

Question 13

voorbeelden anti-IL1

Answer 13

anakinra, canakinumab

Question 14

effecten anti-IL1

Answer 14

• minder IL-6 -> minder CRP
• verminderde botresorptie en kraakbeenafbraak

Question 15

indicatie anti-IL1

Answer 15

auto-inflammatie

Question 16

extra-informatie anti-IL1

Answer 16

eerste keus bij auto-inflammatoire aandoeningen

Question 17

voorbeeld anti-IL6

Answer 17

tocilizumab

Question 18

effecten anti-IL6

Answer 18

• minder IL-6 vrijgemaakt in de lever
• hierdoor minder CRP

Question 19

bijwerkingen anti-IL6

Answer 19

• infecties
• hartaandoeningen
• gastro-intestinale perforatie
• leveraandoening
• CP450 verlaagd

Question 20

indicatie anti-IL6

Answer 20

auto-inflammatie

Question 21

extra informatie anti-IL6

Answer 21

mogelijk teratogeen

Question 22

functie omalizumab

Answer 22

anti-IgE

Question 23

effect omalizumab

Answer 23

IgE wordt geneutraliseerd, doordat omalizumab aan IgE bindt en zo omalizumab-IgE complexen vormt

Question 24

indicatie omalizumab

Answer 24

allergieën

Question 25

extra informatie omalizumab

Answer 25

- complement wordt niet geactiveerd - IgE speelt een centrale rol bij allergie

Question 26

functie rituximab

Answer 26

anti-CD20

Question 27

effect rituximab

Answer 27

het remt de effecten van B-cellen door selectieve opruiming van CD20+B-cellen

Question 28

indicatie rituximab

Answer 28

- vasculitis - idiopathische trombocytopenie - reumatoïde artritis - B-cellymfoom

Question 29

extra informatie rituximab

Answer 29

- werkt niet goed tegen plasmacellen (CD20-)

Question 30

functie cetuximab

Answer 30

anti-EGFR

Question 31

functie trastuzumab

Answer 31

anti-Her2

Question 32

voorbeeld anti-CD38

Answer 32

daratumumab

Question 33

effect anti-CD38

Answer 33

remming antistofproductie

Question 34

indicatie anti-CD38

Answer 34

multiple myeloom

Question 35

functie abatacept

Answer 35

anti-CD28

Question 36

effect abatacept

Answer 36

geen proliferatie en differentiatie meer van naïeve T-cellen, doordat de co-stimulatie wegvalt

Question 37

indicatie abatacept

Answer 37

reumatoïde artritis

Question 38

functie ipilimumab

Answer 38

anti-CTLA4

Question 39

effect ipilimumab

Answer 39

proliferatie en differentiatie van naïeve T-cellen treedt op, doordat de costimulatie niet meer wordt geblokkeerd

Question 40

indicatie ipilimumab

Answer 40

kanker

Question 41

functie nivolumab

Answer 41

anti-PD1 het immuunsysteem wordt geremd