Hst.1 Ontwikkeling Flashcards

1
Q

§8

A

Waarin een klein land groot kan zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Belastingsbalans

A

Deze geeft een overzicht van alle inkomsten en uitgaven van een land met het buitenland.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Handelsbalans

A

Overzicht van de waarde van goederen die in- en uitgevoerd worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Lagelonenlanden

A

Landen in de (semi)periferie waar de lonen veel lager zijn dan in de centrumlanden. Zij vormen een aantrekkelijk vestigingsgebied voor arbeidsintensieve bedrijven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Arbeidsintensief

A

Veel mensen werken aan één product, er worden weinig machines gebruikt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

§9

A

Rijk aan de rand van Euroma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Achterland

A

Het gebied dat voor de aan- en afvoer van goederen afhankelijk is van een haven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Distributieland

A

Land dat een belangrijke rol speelt in de verdeling van goederen over het achterland.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Infrastructuur

A

Allen voorzieningen die nodig zijn om personen, goederen, of informatie te vervoeren (wegen, spoorlijnen, havens, glasvezel, etc..)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Mainport

A

Haven of vliegveld met een belangrijke rol in het internationale vervoer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Vestigingsplaatsfactoren

A

Reden voor een bedrijf om zich op een bepaalde plaats te vestingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly