Hormonen & Zintuigen Flashcards
Functie grote hersenen
bewustzijn, zintuiglijke waarneming en bewuste beweging
Functie kleine hersenen
coördinatie van bewegingen
Functie hersenstam
verbinding tussen grote hersenen en ruggenmerg en een rol bij reflexen in hoofd- en halsgebied
Functie ruggenmerg
verbinding van organen met hersenen en een rol bij reflexen van romp en ledematen
Schakelcel
zijn neuronen die binnen het centrale zenuwstelsel liggen en alleen met andere neuronen contact maken.
Gevoelszenuwcel
vervoeren impulsen van een zintuig naar het centraal zenuwstelsel
Bewegingszenuwcel
vervoeren impulsen weg van het centraal zenuwstelsel en richting een spier of klier
Waaruit bestaat het centraal zenuwstelsel
Hersenen en het ruggenmerg
Drempelwaarde
minimum intensiteit voordat er bewustwording plaats vind
Adequate prikkel
de correcte prikkel voor een specifiek zintuig (licht-oog, geur-neus)
De weg van een reflex naar de hersenen
prikkel-zintuigcel-impuls-gevoelszenuwcel-schakelcel-bewegingszenuwcel-spier
De weg van een normale reactie naar de hersenen
prikkel-zintuigcel-impuls-gevoelszenuwcel-schakelzenuwcel- bewustwording in de hersenen- er ontstaat een nieuwe impuls in de hersenen- bewegingszenuwcel- spier
Hypofyse
productie van hormonen voor regeling groei, beïnvloeden van andere hormoonklieren
Schildklier
stimulering van verbranding in cellen
Eilandjes van Langerhans (in de alvleesklier)
productie van de hormonen insuline en glucagon die het suikergehalte in het bloed regelen; diabetes
Bijnieren
productie van het hormoon adrenaline dat de activiteit van spieren, de ademhaling en de bloedsomloop versnelt en het glucosegehalte van het bloed verhoogt
Eierstokken en Teelballen
productie van geslachtshormoon voor het ontstaan van
secundaire geslachtskenmerken; productie van geslachtscellen
Waaruit bestaan chromosomen
onder andere uit DNA, genen
Wat is een gen
een gen is een stukje chromosoom dat de informatie voor één erfelijke eigenschap bevat
Erfelijke informatie
aanwezig in geslachtscellen met een enkelvoudige set chromosomen (23 chromosomen)
Werking glucose
wanneer er teveel glucose in het bloed zit maken de eilandjes van langerhans insuline aan, insuline zorgt ervoor dat glucose word omgezet in glycogeen (glycogeen word opgeslagen in de lever en spieren). Bij te weinig glucose in het bloed maken de eilandjes van langerhans ‘‘glucagon’’ aan, door glucagon word glycogeen omgezet in glucose
XX
vrouw
XY
man
Dominant gen
het sterkste gen, bruine kleur ogen is bijvoorbeeld een dominant gen (grote A)
Recessief gen
minder sterk gen, zoals, blond haar (kleine a)
Genotype
het genotype is hoe een bepaalde eigenschap in het DNA staat. Bijvoorbeeld of je blauwe of bruine ogen hebt
Fenotype
het uiterlijk
Mutaties
in het DNA kunnen veranderingen optreden. Zo’n verandering heet een mutatie. Hierdoor is de code van een gen veranderd. En kan de eigenschap of functie van het gen toenemen, afnemen of zelfs helemaal niet meer werken.
Intermediare erfelijkheid
het kan voorkomen dat geen van beide genen dominant of recessief is. Beide zijn dan even “sterk”. Dit noemen we intermediair
Homozygoot
AA/aa
Heterozygoot
Aa