Hoorcollege 8:WAIS-IV-NL en Indicatieanalyse Flashcards

1
Q

PRI (Perceptueel redeneren)

A

Fluïde redeneren + visuele waarneming
Blokpatronen & matrix redeneren & figuur samenstellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

VBI (Verbaal begrip/gekristalliseerde intelligentie)

A

Overeenkomsten (zout zuur) & woordenschat & informatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

WgI (werkgeheugen)

A

Cijferreeksen & rekenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

VsI (verwerkingssnelheid)

A

Symbool zoeken & symbool substitutie coderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Cognitieve domeinen van de WAIS

A

VBI (Verbaal begrip)
PRI (Perceptueel redeneren = FRI+VRI)
WgI ( Werkgeheugen)
VsI (verwerkingssnelheid)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het doel van de Indicatieanalyse?

A

Komen tot een verantwoorde, wetenschappelijk gefundeerde aanbeveling voor de best passende aanpak van een probleem = vormt het uitgangspunt voor de indicerende diagnose/advisering (lijst van 1 of meer aanbevelingen voor een type interventie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Stappen van de Indicatieanalyse

A

Stap 1: nagaan of een interventie ingezet kan worden
Stap 2: formuleren van prioriteren van doelen
Stap 3: selecteren van interventies
Stap 4: bepalen van nut en kans van slagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke 3 vragen stel je bij stap 1 van de IA (nagaan of een interventie ingezet kan worden)

A
  • is behandeling nodig?
  • is behandeling mogelijk?
  • is behandeling wenselijk?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Indicatiecriteria

A

Positief gerelateerd aan het succes van een interventie , verhoogt kans van slagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Contra-indicatiecriteria

A

Negatief gerelateerd aan het succes van een interventie, toename kans van falen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Deinstitutionalisering

A

Cliënt zoveel mogelijk in zijn natuurlijke setting houden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Nut

A

Positieve en negatieve gevolgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Kans

A

Kans van slagen / falen obv indicatie- en contraindicatiecriteria

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Verwacht nut

A

Nut x Kans = getal tussen 0.0 en 1.0
Wanneer de uitkomst 0.3 of lager is = kans te laag
Uiteindelijk kies je voor een behandeling die zowel hoge kans als een hoog nut heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is het eindproduct van de Indicatieanalyse?

A

Een lijst van aanbevelingen, geordend van het type interventie met het hoogste verwachte nut tot die met het laagste verwachte nut.
Tijdens advisering wordt deze lijst aan de cliënt voorgelegd en gecontroleerd op uitvoerbaarheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Aandachtspunten Indicatieanalyse

A

Steeds in overleg met de cliënt
Input nodig van de cliënt

17
Q

P

A