Hoorcollege 3 Flashcards

1
Q

Bestuursorgaan

A

Onder bestuursorgaan wordt verstaan:
a. een orgaan van een rechtspersoon die krachtens publiekrecht is ingesteld, of
b. een ander persoon of college, met enig openbaar gezag bekleed.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Bestuurshandeling

A

elke handeling van een bestuursorgaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Feitelijke handeling

A

niet gericht op rechtsgevolgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Rechtshandeling

A

handeling die gericht is op rechtsgevolgen
Onderscheid tussen privaatrechtelijke en publiekrechtelijke rechtshandelin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Privaatrechtelijke rechtshandeling:

A

 Uitoefening van privaatrechtelijke bevoegdheden (‘rechten’) door (rechts)persoon
 Overeenkomsten sluiten
 Eigendomsrechten uitoefenen
 Acties uit onrechtmatige daad instellen
 Privaatrechtelijke bevoegdheden kunnen eenieder toekomen, iedereen kan zeuitoefenen.
 NB: Een bestuursorgaan besluit tot het verrichten van een privaatrechtelijke rechtshandeing(vgl. art. 8:3 lid 2 Awb)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Publiekrechtelijke rechtshandelingen:

A

Publiekrechtelijk: bevoegdheid tot het verrichten van de rechtshandeling is exclusief toegekend in wettelijk voorschrift
Art. 27h Wet op de kansspelen
De raad van bestuur [van de Kansspelautoriteit] kan aan één rechtspersoon met volledige rechtsbevoegdheid voor een door hem te bepalen duur vergunning verlenen tot het organiseren van speelcasino’s.
Publiekrechtelijk bevoegdheden komen niet toe aan de rechtspersoon, maar aan een orgaan daarvan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Besluit

A

een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een
publiekrechtelijke rechtshandeling (art. 1:3 lid 1 Awb)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Relevantie van besluiten:

A

 Toepasselijk recht
 H3 Awb ‘Algemene bepalingen over besluiten’
 H4 Awb ‘Bijzondere bepalingen over besluiten’
 Rechtsbescherming
 Art. 8:1 Awb: ‘Een belanghebbende kan tegen een besluit beroep instellen bij de bestuursrechter.’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

5 elementen van het besluit-begrip

A
  1. Beslissing: wilsverklaring met definitief karakter (‘keuzemoment’)
  2. Schriftelijk: weergave door middel van schrifttekens (ook elektronisch)
  3. Bestuursorgaan: art. 1:1 Awb
  4. Publiekrechtelijk: wettelijke grondslag aanwezig?
  5. Rechtshandeling: handeling gericht op rechtsgevolg (wijziging van het recht)
     Niet elke bestuurshandeling is een besluit!
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

soorten besluiten

A

 Beschikking (1:3 lid 2 Awb)
Besluiten van algemene strekking
 Algemeen verbindende voorschriften AVV
 Beleidsregels (1:3 lid 4 Awb)
 Overige besluiten van algemene strekking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Beschikking

A

 Definitie: een besluit dat niet van algemene strekking is, met inbegrip van de afwijzing van een aanvraag daarvan (1:3 lid 2 Awb)
 Is individueel/concreet
 Zowel een ‘positieve’ (je krijgt iets) als een ‘negatieve’ (je krijgt niks) beschikking
 Relevantie
 Titel 4.1 Awb
 Voorbeeld: ‘ Kernenergiewet-vergunning COVRA’ (29 januari 2020

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

AVV: algemeen verbindend voorschrift

A

 Definitie: algemene, extern werkende, betrokkenen bindende regels, vastgesteld door een bestuursorgaan, dat de bevoegdheid daartoe ontleent aan de Grondwet of een wet in formele zin
 Algemene regel
 Extern werkend
 Betrokkenen bindend
 Wettelijke grondslag
 Relevantie: Art. 3:1 Awb, art. 8:3 lid 1 Awb, art. 10:3 Awb

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Beleidsregels

A

 Definitie: een bij besluit vastgestelde algemene regel, niet zijnde een algemeen verbindend voorschrift, omtrent de afweging van belangen, de vaststelling van feiten of de uitleg van wettelijke voorschriften bij het gebruik van een bevoegdheid van een bestuursorgaan (1:3 lid 4 Awb)
 Ook extern werkend (Leidraad-arrest)
 Maar alleen het bestuursorgaan zelf bindend
 Afwijkingsmogelijkheid: binding ‘in beginsel’ (4:84 Awb)
 Geen specifieke wettelijke grondslag vereist (4:81 Awb)
 Relevantie: titel 4.3 Awb, art. 8:3 lid 1 Awb

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Overige besluiten van algemene strekking

A

 Concretiserende b.a.s.: besluiten die de geldigheid van een algemene regel naar tijd en/of plaats bepalen
 Constituerende b.a.s.: besluiten die de werking van andere algemene besluiten
betreffen (bv. de intrekking of inwerkingtreding van een regeling)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly