hooftstuk 14 Flashcards
wat is agenda-setting?
- de media agenda bepaald de onvangers agenda
- journalisten zij de gatekeeperds
media heeft invloed op de onderwerpen die besproken worden, door ze vaak in het nieuws te doen of niet. maar ze dwingen geen mening op.
Wat is de Media-agenda?
de onderwerpen die het meester aandacht in het neiuws en media krijgen.
wat zijn soorten ontvanger agenda’s of gespreks agenda’s?
intra persoonlijke-agenda: wat de onvanger zelf belangerijk vind
Interpersoonlijke-agenda: de onderwerpe die de ontvanger met zijn naaste omgeving bespreekt.
De gemeenschaps-agenda: onderwerpen die in zijn sociale gemeenschap belangerijk zijn.
wat is de kritiek op de Agenda-setting?
- niet genoeg rekening gehouden met sociale context, die bepaaldt ook waar over er gesporken word.
- de media agenda is veel mekkelijker te voorspellen dat die van onvangers.
- het meet kennistoenmaen en geen gedrags verandering
welke theorie herziet de agenda setting theorie, en waarom?
Priming en Framing, word meer gepraat ovder de manipulatie van de media
wat is priming?
- media bieden een conext die een positiefe of negatieve uitgaans punt geeft aan onvanger.
- als de media daardoor veel aandacht besteed aan een onderwerp worden onvangers er alert op
- de voorgaande informatie (priming) die ze weten over het onder beinvloed hun perseptie bij nieuwe onderwerpen.
wat is Framing
Woord keuze of bepaalde beelden laten zien die de onvanger en bepaald beeld geven van en situatie,
wat is agenda vorming
organisaties willen graag positief in het nieuws komen. daar aan werken is agenda vorming. zoals politieke partijen die willen dat mensen op ze stemmen .
leg de rol van de media uit met alle theorieen uit hooftstuk 14
De MEDIA bepaald waar we over praten AGENDA SETTING en in welke richting door PRIMING & FRAMING. Bedrijven willen op een bepaalde manier gezien worden in de media en dat doen ze met AGENDAVORMING. De KENNISKLOOF vergroot omdat kennis rijke infomatie uit de MEDIA eerder op nemen dan kennis armen.
wat houdt de kennis kloof hypothese 1970 in?
de toenamen van media bootschappen vergroot de keniskloof tussen kennis- armen en rijke. door hun verschillen in KAPITAAL:
cultureel - andere verwachting van huis af
sociaal - minder conectie
economisch - kunnen geen tv kopen