hoofstuk 2 Flashcards

1
Q

nature=

A

erfelijkheid, gene, dna, groei en rijping, aangeboren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

nurture=

A

omgeving, mileu, rijping en leren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

autoritaire opvoedingstijl

A

weinig warmte veel controle, grenzen, vaak zijn de straffen te hoog voor actie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

permissieve opvoeidngstijl

A

weinig controle veel warmte, geen grenzen , kinderen worden verwent

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

ondersteunende opvoedingstijl

A

veel warmte en veel controle, grenzen, kind kan help vragen, kind word geluistert, kind krijgt verantwoordelijkheden stap per stap.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

onverschillige opvoedingstijl

A

geen warmte geen controle, kinderen moeten hun plan trekken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

meest positieve opvoeidngstijl

A

ondersteunende opvoedingstijl

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

meest negatieve opvoedingstijl

A

onverschillige opvoedigstijl

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is een gevoeilige periodes

A

een periode van tijd waarin iemand beter en sneller iets nieuw kan leren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly