Hoofdstuk 8 Flashcards

1
Q

Wat is een bivariate correlation?

A

Een associatie tussen precies 2 variabelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer zijn scatterplots jittered?

A

Als de punten horizontaal gespreid zijn om de individuele punten te laten zien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer gebruik je een bar graph in plaats van een scatterplot?

A

Als er een categorische variabele is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de effect size?

A

De sterkte van de correlatie tussen variabelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer is een correlatie zwak, matig en sterk?

A

0.1 , 0.3 en 0.5

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wanneer is iets statistisch significant?

A

Als het onwaarschijnlijk is dat de uitkomst die je hebt gevonden voorkomt in een populatie waar de werkelijke correlatie 0 is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een outlier?

A

Een extreme score

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wanneer is een outlier problematisch?

A

In kleine samples en wanneer de score extreem is op beide variabelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is een restriction of range?

A

Als de range van scores niet wijd genoeg is, kan het lijken alsof er geen correlatie is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is correction for restriction of range?

A

Een schatting maken van alle scores op basis van wat je weet van al bestaande data, en daarop je correlatie berekenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is een curvilinear association?

A

Als een associatie geen rechte lijn is, maar een curve

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe bereken je de correlatie in een curvilinear association?

A

Met het kwadraat van de ene variabele en de normale score van de andere

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is een spurious association?

A

Als er een correlatie is, maar alleen door een 3e variabele (bijv. geslacht)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe heet de 3e variabele die 2 andere variabelen beïnvloedt?

A

Een moderator

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly