Hoofdstuk 7: Het dagelijks leven in de nieuwe tijd. (Trimester 1) Flashcards
Wat is een pachter?
Iemand die een stuk grond huurt van een ander en hiervoor een pacht (vergoeding) betaalt.
Wat is nijverheid?
Verwerking van grondstoffen tot afgewerkte producten.
Wat is overlevingslandbouw?
De landbouwers gebruikten hun gewassen zelf, er waren geen overschotten om naar de markt te brengen.
Wat is het uitbestedingssysteem?
Rijke kooplieden + grondstoffen –> Ambachtslieden + maken afgewerkte producten –> Rijke kooplieden halen op + verkopen verder.
Waarom was de landbouwproductie in de nieuwe tijd zo laag? Geef twee redenen.
- Beperkte werktuigen, bemesting, …
- Drieslagstelsel = 1/3de land had geen opbrengst.
Wat is een gilde?
Een groep van mensen met hetzelfde beroep die hun belangen verdedigen.
Wat is de burgerij?
Sociale klasse die niet tot adel behoort maar wel heel rijk is.
Waarom leefde een groot deel van de bevolking in de nieuwe tijd in armoede? Geef drie redenen.
- De prijzen stegen, de lonen niet.
- Kregen geen sociale ondersteuning.
- Onbegrip bij de rijken en overheid.
Waarom hadden volksopstanden in de nieuwe tijd weinig nut?
Ze waren plaatselijk en slecht georganiseerd. Ze werden met geweld onderdrukt door de overheid.