Hoofdstuk 6 Flashcards
Sensatie en perceptie: reuk, smaak, pijn, gehoor
Wat is sensatie
De basisprocessen waarmee zintuiglijke organen en het zenuwstelsel reageren op stimuli in de omgeving en de elementaire psychologische ervaringen die resulteren uit deze processen
(bv. ervaringen over dat iets bitter is, een geluid hard is, een voorwerp rood is).
Perceptie
Het complex organiseren van sensorische informatie in de hersenen en een interpretatie aan verbinden
(bv. hoe sterk de koffie smaakt, dat de wekker afgaat, dat een voorwerp een appel is)
Het proces van sensaties
Fysieke stimulus -> fysiologische reactie -> sensorische ervaring.
Physical Stimulus
De materie of energie van de fysieke wereld die de sensorische organen raakt
Physiological response
(fysiologische reactie)
Het patroon van chemische en electrische reacties in zintuigen, zenuwen en de hersenen als gevolg van een sensorische stimulans
Sensory experience
Sensorische ervaring.
De subjectieve, psychologische sensatie of perceptie (bv smaak, geluid, beeld) die het individu ervaart.
(bv. bij een slok koffie bestaat de fysieke stimulus uit de koffiemoleculen en is de sensorische ervaring de bittere smaak van koffie).
Sensory receptors
Gespecialiseerde structuren die reageren op fysieke stimuli door het produceren van electrische veranderingen die neurale impulsen in sensorische neuronen kunnen initieren (het initieren van actiepotentialen)
Voor sommige zintuigen zijn dit uiteinden van de sensorische neuronen, bij sommige zintuigen zijn het speciale cellen die synapsen vormen met sensorische neuronen.
Geef aantal zintuigen en locatie van de sensorische receptoren
Gehoor, receptoren in oren
smaak, receptoren op de tong
Zicht, receptoren in de ogen
Aanraking, receptoren op de huid
pijn, receptoren op vele plaatsen (huid organen, spieren, gewrichten enz)
propriocentie (positie ledematen en beweging), receptoren in spieren en gewrichten
Psychophysics
Psychofysica is de studie van de relaties tussen fysieke eigenschappen van een stimulans en de sensorische ervaring die deze stimuli produceert.
Psychologische zintuiglijke ervaringen van de eigenschappen van fysieke stimuli.
(De manier waarop men een zintuiglijke stimulans ervaart)
Sensory adaption
De verandering in gevoeligheid die ontstaat wanneer een groep sensorische receptoren en neuronen een bepaalde tijd sterk of juist relatief weinig gestimuleerd wordt.
Transduction
Het neurale proces waarbij een receptor een electrische verandering veroorzaakt als reactie op een fysieke stimulans.
Coderen van quantitative stimuli
Grotere receptor potentialen waardoor actie-potentialen elkaar snel op volgen in sensorische neuronen.
De hersenen interpreteren snel opvolgende actie-potentialen als een sterke stimulans en langzamere opvolgende actie-potentialen als zwakkere stimulans
Coderen van kwalitatieve stimuli
Kwalitatieve stimuli worden gecodeerd als verschillende verhoudingen van activiteit in sensorische neuronen afkomstig uit verschillende groepen (type)receptoren.
Absolute threshold
De meest kleine stimulans van ieder type die een individu kan waarnemen.
Verschillen absolute threshold
Absolute drempelwaarden variëren per persoon en worden voor de meeste zintuigen hoger naar mate men ouder wordt (hogere absolute threshold=minder gevoelig)
Ook zijn bij bepaalde zintuigen de absolute thresholds bij vrouwen lager dan bij mannen (vrouwen zijn bijvoorbeeld gevoeliger voor geuren)