Hoofdstuk 4 Flashcards

1
Q

Functionalisme

A

Mentale toestanden worden gerealiseerd door hersentoestanden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Mentaal holisme

A

Mentale toestanden zijn toestanden die een causale rol vervullen tussen input, output en andere mentale toestanden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Meervoudige realiseerbaarheid

A

Iets kan op meerder manieren gerealiseerd worden, vloeibaarheid is hier een voorbeeld van.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

De Turing test

A

Test om te beslissen of een robot zou kunnen denken zoals een mens dat kan. Komt voort uit het idee dat de geest een Turing machine zou zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Argument fataal voor MBIT

A

Mentale toestanden lijken meervoudig realiseerbaar te zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Functionalisme vs behaviorisme

A

Functionalisme kijkt wel naar wat er in de black box gebeurt in tegenstelling tot de behavioristen. Functionalisme is ook realistische mbt mentale toestanden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Verschil reductionistische verklaring MBIT en functionalisme

A

In MBIT gaan ze ervan uit dat de causale rol identiek is aan X. In het functionalisme gaan ze ervan uit dat de causale rol X realiseert.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Jerry Fodor

A

Combineert het idee van sommige mentale toestanden bezitten intentionaliteit met FP

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Folk psychology (FP)

A

Alledaagse theorie gebruikt om gedrag van mensen te interpreteren en te voorspellen. Mensen hebben mentale toestanden, veel van die toestanden gaan ergens over, dus bezitten ze intentionaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Alan Turing

A

Mentale processen zijn computationeel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Frame probleem

A

Wat als er iets verandert? Alles moet gecontroleerd worden om uit te sluiten dat iets relevants is veranderd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Chinese kamer argument

A

Argument om turing test te weerleggen. Hierin komt naar voren dat een machine volgens regels wel een antwoord zou kunnen geven waaruit het lijkt alsof de machine het begrijpt, maar dit gebeurt op basis van regels en taalbegrip ontbreekt dan alsnog.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Probleem van het idee dat mentale processen computationeel zijn

A

Info wordt serieel verwerkt, erg schade gevoelig. En ook biologisch is het niet realistisch.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly