hoofdstuk 25 Flashcards

1
Q

Wat is de term die wordt gebruikt om de golf van kolonisatie in de late 19e eeuw aan te duiden?

A

Nieuw imperialisme

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat was de belangrijkste ontwikkeling in Afrika vóór de wedloop om Afrika?

A

Het stoppen van de internationale slavenhandel en de export van palmolie en andere goederen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat was het belang van het Sokoto kalifaat in Afrika?

A

Het bevorderde de verspreiding van de islam en creëerde een nieuwe grote markt voor slaven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke conferentie speelde een rol bij het reguleren van de wedloop om Afrika?

A

De Conferentie van Berlijn (1884-1885)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke technologische uitvindingen hielpen Europeanen bij het koloniseren van Afrika?

A

Het machinegeweer, kinine en de stoommachine.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat waren de oorzaken van het nieuwe imperialisme?

A

Economische motieven, politiek in het thuisland en diverse belangen van bevolkingsgroepen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe werd het koloniseren van Afrika gerechtvaardigd volgens het sociaal Darwinisme?

A

Europeanen stelden dat zij sterker waren dan Afrikanen en daarom het recht hadden om over hen te heersen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat waren de gevolgen van de Russisch-Turkse oorlog van 1877-1878 voor het Ottomaanse Rijk?

A

Het Ottomaanse Rijk werd verslagen en verloor gebieden in de Balkan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke groep Turken zette de sultan af in 1908?

A

De Jonge Turken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat waren de hervormingen die in het Ottomaanse Rijk werden doorgevoerd onder westerse druk?

A

Gelijkheid voor de wet, beperkte afschaffing van slavernij, openstelling voor handel en adoptie van westerse ideeën en normen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat was de reden voor de Europese machten om een zwak Ottomaans Rijk te verkiezen boven een vernieuwd en energiek Islamitisch Rijk?

A

Ze wilden hun eigen invloed behouden en versterken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke landen wisten de Ottomanen uit Oost-Europa te verdrijven?

A

Oostenrijk en Rusland

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat waren de belangrijkste redenen voor de verzwakking van het Ottomaanse Rijk?

A

Erfelijke orde van de janitsaren, gedecentraliseerde macht en groeiend nationalisme.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke Europese landen namen Ottomaans gebied in Afrika over?

A

Diverse Europese landen namen delen van Afrika in bezit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat was het resultaat van de Russisch-Turkse oorlog van 1877-1878?

A

Het Ottomaanse Rijk werd verslagen en verloor gebieden in de Balkan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welk beleid voerden veel Zuid-Amerikaanse landen in de jaren na 1850?

A

Een liberaal beleid om investeringen uit het buitenland aan te trekken.

17
Q

Wat waren de grote landgoederen die ontstonden in Zuid-Amerika?

A

Latifundos

18
Q

Wat was het liberale idee dat de landen in Zuid-Amerika volgden?

A

Het comparatieve voordeel, waarbij landen produceren en exporteren wat ze het goedkoopst kunnen maken.

19
Q

Welk land in Zuid-Amerika legde zich volledig toe op de export van koffie rubber?

A

Brazilië

20
Q

Welke oorlog in Zuid-Amerika zorgde voor discussie en onvrede in Brazilië?

A

De Paraguay Oorlog (1865-1870) of de Oorlog van de Drievoudige Alliantie.

21
Q

Welke dictator regeerde Mexico van 1876 tot 1911?

A

Porfirio Diaz

22
Q

Hoe noemde men het regime van Porfirio Diaz?

A

Het Porfiriaat

23
Q

Welke groep beschouwde Porfirio Diaz als raciaal inferieur en onderdrukte hi

A

De inheemse bevolking

24
Q

Welke revolutie vond plaats in Mexico in 1910?

A

De Mexicaanse Revolutie

25
Q

Wie was de tegenstander van Porfirio Diaz tijdens de Mexicaanse Revolutie?

A

Francisco Madero

26
Q

Wie kwam er uiteindelijk boven drijven in de Mexicaanse Revolutie?

A

De constitutionalisten

27
Q

Welke groep werd binnengehaald door de oligarchen in Zuid-Amerika?

A

Immigranten, met name witte arbeiders

28
Q

Wanneer werd de Monroe Doctrine uitgesproken door de president van de Verenigde Staten?

A

in 1823

29
Q

Welke president introduceerde de Roosevelt Collary aan de Monroe Doctrine?

A

President Roosevelt

30
Q

Waar stuurde de Verenigde Staten soldaten naartoe om Amerikaanse investeringen te beschermen?

A

de dominicaanse republiek

31
Q

Welk land werd bezet door de Verenigde Staten tijdens de Spaans-Amerikaanse oorlog?

A

Cuba

32
Q

Wat behield het Amerikaanse congres volgens het Platt Amendment?

A

Het recht om wetten die door het Cubaanse parlement waren gekomen toch af te wijzen.

33
Q

Welke groep begon met de bouw van het Panamakanaal in 1881?

A

en groep Franse investeerders