Hoofdstuk 2: Atomen Flashcards

1
Q

Chemische reactie

(2.1 Chemische reacties)

A

Een chemische reactie is een proces waarbij stoffen verdwijnen en nieuwe stoffen ontstaan.

(2.1 Chemische reacties)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Chemische reactie herkennen

(2.1 Chemische reacties)

A

Een chemische reactie kun je herkennen aan een verandering van stofeigenschappen.

(2.1 Chemische reacties)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Molecuulmodel

(2.2 Atomen)

A

Een molecuul is opgebouwd uit atomen

(2.2 Atomen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Niet-ontleedbare stof

(2.3 Ontleedbaar en niet-ontleedbaar)

A

De deeltjes van een niet-ontleedbare stof zijn opgebouwd uit één soort atomsoort.

(2.3 Ontleedbaar en niet-ontleedbaar)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Ontleedbare stof

(2.3 Ontleedbaar en niet-ontleedbaar)

A

De deeltjes van een ontleedbare stof zijn opgebouwd uit verschillende atoomsoorten. Ontleedbare stoffen heten verbindingen.

(2.3 Ontleedbaar en niet-ontleedbaar)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Molecuulformule

(2.4 Formules en namen)

A

De molecuulformule geeft aan uit welke atoomsoorten een molecuul is opgebouwd.
De molecuulformule geeft aan hoeveel atomen van elke soort in het molecuul zitten.

(2.4 Formules en namen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Index

(2.4 Formules en namen)

A

De index geeft aan hoeveel atomen van een bepaalde soort in een molecuul voorkomen.

(2.4 Formules en namen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Coëfficiënt

(2.4 Formules en namen)

A

De coëfficiënt geeft het aantal moleculen aan.

(2.4 Formules en namen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Alcohol

(2.4 Formules en namen)

A

C₂H₅OH, C₂H₆O

(2.4 Formules en namen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Ammoniak

(2.4 Formules en namen)

A

NH₃

(2.4 Formules en namen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Koolstofdioxide

(2.4 Formules en namen)

A

CO₂

(2.4 Formules en namen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Koolstofmonooxide

(2.4 Formules en namen)

A

CO

(2.4 Formules en namen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Zwaveldioxide

(2.4 Formules en namen)

A

SO₂

(2.4 Formules en namen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Zwaveltrioxide

(2.4 Formules en namen)

A

SO₃

(2.4 Formules en namen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Moleculen van niet-ontleedbare stoffen

(2.4 Formules en namen)

A

F₂ = Fluor
Cl₂ = Chloor
Br₂ = Bromid
I₂ = Jodid
O₂ = Zuurstof
H₂ = Waterstof
N₂ = Stikstof

(2.4 Formules en namen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Glucose

(2.4 Formules en namen)

A

C₆H₁₂O₆

(2.4 Formules en namen)

17
Q

Keukenzout

(2.4 Formules en namen)

A

NaCl

(2.4 Formules en namen)

18
Q

Soda

(2.4 Formules en namen)

A

Na₂CO₃

(2.4 Formules en namen)

19
Q

Water

(2.4 Formules en namen)

A

H₂O

(2.4 Formules en namen)

20
Q

Waterstofperoxide

(2.4 Formules en namen)

A

H₂O₂

(2.4 Formules en namen)

21
Q

Kernlading

(2.5 Atoommodel)

A

De kern van een atoom heeft een positieve lading.
De grootte van deze lading komt overeen met het aantal protonen.

(2.5 Atoommodel)

22
Q

Elektronenwolk

(2.5 Atoommodel)

A

De elektronwolk van een atoom heeft een negative lading.
De grootte van deze lading komt overeen met het aantal elektronen.

(2.5 Atoommodel)

23
Q

Atoom

(2.5 Atoommodel)

A

Een atoom bevat evenveel protonen als elektronen.
Een atoom is neutraal.

(2.5 Atoommodel)

24
Q

Massa van een atoom.

(2.5 Atoommodel)

A
  1. De massa van een proton is 1 u.
  2. De massa van een neutron is 1 u.
  3. De massa van een elektron is te verwaarlozen.

(2.5 Atoommodel)

25
Q

Atoomnummer

(2.5 Atoommodel)

A

Het atoomnummer is het aantal protonen in de kern.

(2.5 Atoommodel)

26
Q

Halogenen

(2.6 Periodiek Systeem)

A

(2.6 Periodiek Systeem)

27
Q

Edelgassen

(2.6 Periodiek Systeem)

A

(2.6 Periodiek Systeem)

28
Q

Alkaline aardmetalen

(2.6 Periodiek Systeem)

A

(2.6 Periodiek Systeem)

29
Q

Alkali metalen

(2.6 Periodiek Systeem)

A

(2.6 Periodiek Systeem)

30
Q

Moleculaire stoffen

(2.6 Periodiek Systeem)

A

Niet metaal + Niet metaal

(2.6 Periodiek Systeem)

31
Q

Zouten

(2.6 Periodiek Systeem)

A

Metaal + Niet metaal

(2.6 Periodiek Systeem)

32
Q

Metalen

(2.6 Periodiek Systeem)

A

Metaal + Metaal

(2.6 Periodiek Systeem)