Hoofdstuk 2 Flashcards
Referentiekader
Onderwijsvisie, waarden en normen van de leraar
+ referentiekader leerling
Doelstellingen
Concreet startpunt voor leraar, geven aan wat leerling als resultaat van leerproces moet kennen/kunnen
Beginsituatie
- leerlingkenmerken
- onderwijskenmerken
- omgevingskenmerken
Leerlingkenmerken
Voorkennis, motivatie, belangstelling, leervoorkeur, cognitieve vaardigheden, metacognitie
Onderwijskenmerken
Beginsituatie van de leraar en kenmerken van de klasgroep
Omgevingskenmerken
Opleidingsniveau ouders, sociaal-economische achtergrond, thuistaal + grootte klas en infrastructuur
Wanneer kan een krachtige leeromgeving zich ontwikkelen?
Wanneer referentiekader, beginsituatie en doelstellingen duidelijk in kaart zijn gebracht
Leerinhouden
Kennis en vaardigheden = leerstof
Didactische werkvormen
Manier waarop leerinhouden aangebracht worden, onderwijs- en leeractiviteiten
Welke soorten didactische werkvormen zijn er?
- Aanbiedende werkvormen
- Gesprekswerkvormen
- Samenwerkingsvormen
- Individualiserende werkvormen
Groeperingsvormen
Hoe leerlingen worden ingedeeld tijdens leeractiviteit (klassikaal, in groep of individueel)
Media
Didactische leermiddelen die ingezet worden om het leerproces te ondersteunen en te bevorderen
Opvoedingsrelatie
Manier waarop je als leraar ininteractie gaat met je leerlingen
Evaluatie
Heeft bepalende rol in didactisch handelen: alle componenten van didactisch model kunnen geëvalueerd worden
Formatieve evaluatie
Doel: leerlingen helpen en begeleiden
Geeft informatie tot bijsturing onderwijsleerproces