Hoofdstuk 16 Flashcards
Noem vijf mogelijke waarderingsgrondslagen voor een kapitaalbelang?
Mogelijke waarderingsgrondslagen voor een kapitaalbelang zijn:
- Aanschafprijs
- Actuele waarde
- Reële waarde
- Nettovermogenswaarde
- Equitymethode
Wanneer spreken we bij ondergingen leveranties tussen een deelnemer en een onderneming waarin wordt deelgenomen, van een downstream-sale en wanneer van een upstream-sale?
Bij een downstream-sale levert de deelnemer aan de onderneming waarin wordt deelgenomen, bij een upstream-sale levert de onderneming waarin wordt deelgenomen aan de deelnemer.
Op welke wijze dienen volgens de RJ winsten op onderlinge leveranties tussen de deelnemer en de onderneming waarin wordt deelgenomen, bij toepassing van de nettovermogenswaarde, te worden geëlimineerd?
Deze winsten dienen te worden geëlimineerd in de jaarrekening van de deelnemer door ze uit de balanspost Kapitaalbelang en uit de resultatenrekening post Resultaat uit kapitaalbelang te halen (RJ 260)
Geef aan wat de IASB verstaat onder een:
- subsidiary
- associate
- financial asset
Een subsidiary is een kapitaalbelang waarin de deelnemer de zeggenschap (‘control’) heeft, waarbij de zeggenschap wordt gedefinieerd als het zijn blootgesteld aan of het hebben van rechten op veranderlijke opbrengsten uit hoofde van zijn betrokkenheid bij het kapitaalbelang en het beschikken over de mogelijkheid die opbrengsten door zijn macht over het kapitaalbelang te beïnvloeden (IFRS 10).
Een associate is een kapitaalbelang waarin de deelnemer invloed van betekenis (‘significant influence’) heeft, waarbij invloed van betekenis wordt gedefinieerd als de macht om deel te nemen aan de financiële en operationele beleidsbeslissingen van het kapitaalbelang (IAS 28.3).
Een financial asset is een kapitaalbelang, niet zijnde een subsidiary, joint arrangement of een associate (IAS 32.4).
Hoe moeten de eerder genoemde kapitaalbelangen volgens de IASB in de enkelvoudige balans worden gewaardeerd?
Subsidiaries en associates moeten worden gewaardeerd tegen aanschafprijs of reële waarde of volgens equitymethode (IAS 27.10). Financial assets moeten worden gewaardeerd op reële waarde (IFRS 9).
Definieer de volgende in de Nederlandse wet neergelegde begrippen:
- dochtermaatschappij
- deelneming
Dochtermaatschappij:
- Een dochtermaatschappij is een rechtspersoon waarin (rechtstreeks of via andere dochtermaatschappijen) meer dan de helft van de stemrechten uitgeoefend worden en/of waarvan meer dan de helft van de bestuurders of commissarissen benoemd of ontslagen kunnen worden (art. 24a.1).
- Een dochtermaatschappij is een onder eigen naam optredende vennootschap waarin de rechtspersoon of één of meer van zijn dochtermaatschappijen als vennoot volledig jegens schuldeisers aansprakelijk is voor de schulden (art. 24a.2)
Deelneming:
- Een deelneming is een rechtspersoon waarin (rechtstreeks of via dochtermaatschappijen) kapitaal verschaft wordt teneinde een duurzame verbondenheid te bewerkstelligen, ten dienste van de eigen werkzaamheid (art. 24c.1).
- Een deelneming is een niet-rechtspersoonlijkheid bezittende vennootschap waarin (rechtstreeks of via dochtermaatschappijen) de deelnemer als vennoot jegens schuldeisers volledig aansprakelijk is voor de schulden; of daarin anderszins vennoot is teneinde met die vennootschap duurzaam verbonden te zijn ten dienste van de eigen werkzaamheid (art. 24c.2).
Wanneer is er sprake van een wettelijk vermoeden van een deelneming?
Er is sprake van een wettelijk vermoeden van een deelneming bij een kapitaaldeelname van ten minste 20% (art. 24c.1)
Hoe moeten volgens de wet deelnemingen met invloed van betekenis worden gewaardeerd en hoe deelnemingen zonder invloed van betekenis?
Deelnemingen met invloed van betekenis moeten worden gewaardeerd worden tegen nettovermogenswaarde (art. 389.1); voor deelnemingen zonder invloed van betekenis is de waarderingsgrondslag aanschafprijs of actuele waarde (art. 384.1).
Hoe dient waardering van een deelneming met invloed van betekenis volgens de RJ te geschieden indien er onvoldoende gegevens zijn om de nettovermogenswaarde te bepalen?
Deze worden gewaardeerd op basis van het zichtbaar eigen vermogen (RJ 214.310/311).
Waarom zal de fiscale waardering van een deelneming normaliter geen invloed hebben op de winst voor de vennootschapsbelasting?
De deelnemingsvrijstelling (art. 13 Wet op de Vennootschapsbelasting) zorgt ervoor dat resultaten uit deelnemingen niet tot de fiscale winst behoren.
In welke situatie moet er een ‘wettelijke reserve deelnemingen’ gevormd worden?
Deze wettelijke reserve moet gevormd worden bij niet-uitgekeerde winsten en rechtstreekse vermogensvermeerderingen van deelnemingen die worden gewaardeerd volgens de vermogensmutatiemethode, terwijl de uitkering van de winst door de deelnemer niet zonder beperking is te bewerkstelligen (art. 389.6).
Op welke wijze moet gekochte goodwill in de jaarrekening worden gepresenteerd en gewaardeerd volgens de IASB en de Nederlandse verslaggevingsvoorschriften?
Binnen de voorschriften van de IASB wordt gekochte goodwill gepresenteerd als onderdeel van de post Kapitaalbelang en gewaardeerd tegen op de overnamedatum bepaalde bedrag verminderd met - als gevolg van een of meer uitgevoerde impairment testen - eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen.
De Nederlandse wet en in verlengde daarvan de RJ schrijven voor dat betaalde goodwill moet worden geactiveerd onder de immateriële vaste activa verminderd met de cumulatieve afschrijvingen en eventuele bijzondere waardeverminderingen.
Op welke wijze dient negatieve goodwill te worden verwerkt volgens:
- De IASB
- De RJ
IASB:
Deze dient direct ten gunste van het resultaat te worden gebracht.
RJ:
Deze dient afzonderlijk als overlooppost in de balans te worden opgenomen en vervolgens via bepaalde verdeelsleutels ten gunste van het resultaat te worden gebracht.
Welke informatie moet volgens de wet in de toelichting worden opgenomen over kapitaalbelangen van 20% of meer?
Per belang moet onder meer opgenomen worden:
- naam
- vestigingsplaats
- aandeel in het geplaatste kapitaal c.q. stemrechten
