Hoofdstuk 1 paragraaf 1 Flashcards

1
Q

Interglacialen

A

Warmere tijden tussen glacialen in

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Saale-ijstijd

A

De voorlaatste ijstijd. Hier bereikte het ijs zelfs Nederland. Ook wel “onze ijstijd” genoemd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Preglaciaal

A

De tijd voor de Saale-ijstijd, 2.5 miljoen jaar geleden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Postglaciaal

A

De tijd na de Saale-ijstijd, tot 10.000 jaar geleden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Puinwaaier

A

In de kustvlakten van Nederland werden tientallen meters dikke lagen zand, grind en klei afgezet. Deze rivierafzetting worden de Puinwaaier genoemd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Tongbekken

A

In de loop van het Saale werden de gletsjers breder en hoger en waren ze in staat de rivierdalen uit te diepen. Toen later het ijs was verdwenen
Bleef een breed en diep dal achter. Dat is een Tongbekken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Stuwwallen

A

Door de druk van het ijs werden de zijkanten van de rivierdalen opzij geduwd. Op deze manier ontstonden stuwwallen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Keileem

A

Een mengsel van tot leem vermalen keien met nog heel gebleven stenen. Op en in het ijs lagen ook grote zwerfkeien, die na het smelten zijn blijven liggen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Dekzand

A

In het postglaciaal was de Noordzee drooggevallen, en dat maakte deel uit van een poolwoestijn. De bovenlaag droogde uit en de wind kon het losse zand wegblazen. Het zand kwam verderop en bedekte keileem, stuwwallen en Puinwaaier met een laag dekzand.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Löss

A

Het fijnere zand werd in de lucht geblazen. De stofdeeltjes sloegen neer en vormden een lösslaag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Glacialen

A

Ijstijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly