Hoofdstuk 1: Introduction Flashcards
1
Q
Waaruit bestaat het brein
A
Zenuwweefsel
2
Q
Gedrag
A
Elke vorm van observeerbare actie of reactie van een mens of dier in reactie op externe/interne prikkels.
3
Q
Encefalisatiequotiënt (EQ)
A
Feitelijk hersengewicht / verwacht hersengewicht (op basis van lichaamsgewicht)
4
Q
Hoe kan ons brein zo groot worden?
A
- Leefwijze
- Efficiënte koeling
- Neotenie (‘vertraagde’ ontwikkeling)
5
Q
Is een groter brein ook een beter brein?
A
Nee,
- Intelligentie heeft waarschijnlijk meer te maken met de verbindingen in de hersenen
- Veel gedrag is aangeleerd ipv aangeboren