Hoofdstuk 1 inleiding Flashcards

1
Q

Definite psychologie

A

De wetenschap van het menselijk gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Definitie sociologie

A

De wetenschap van het samenleven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Je had een schema over hoe psychologen te werk gaan om gedrag te erkennen. Licht dit toe

A

uiterlijk waarneembaar gedrag
Innerlijk gedrag: fysiologisch gedrag + mentaal gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Definitie fysiologisch gedrag

A

Alle biochemische en elektrische activiteiten die zich binnen het lichaam afspelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Definitie mentaal gedrag

A

Processen die zich situeren in de geest van de mens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Verschillen psychologie en sociologie

A

Psychologie: individueel gedrag, psychisch gedrag
Sociologie: groepsgedrag, de groep/ maatschappij

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Verschillend mensenkennis en wetenschappelijke kennis

A

Mensenkennis: subjectief, weinig kritisch, gebaseerd op toevallige persoonlijke ervaringen
Wetenschappelijke kennis: objectief, wel kritisch, gebaseerd op onderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Noem de 5 stappen in een wetenschappelijk onderzoek

A

Stap 1: onderzoeksvraag
Stap 2: onderzoeksmethode
stap 3: dataverzameling
Stap 4 data-analyse
Stap 5: datarapportage

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Licht stap 1 van het wetenschappelijk onderzoek toe

A

Onderzoeksvraag: hypothese, een onderzoeksvraag kan gebaseerd zijn op een al gekende theorie: expliciete theorie of iets wat je is opgevallen of nieuwsgierigheid opwekt; impliciete theorie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Licht stap 2 van het wetenschappelijk onderzoek toe

A

Onderzoeksmethode: hoe word het onderzoek gedaan: experiment, observatie, literatuurstudie, enquête, interview

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Licht stap 3 van het wetenschappelijk onderzoek toe

A

Dataverzameling: tijdens het onderzoek worden alle gegevens verzameld en gecategoriseerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

licht stap 4 van het wetenschappelijk onderzoek toe

A

data analyse: de verzamelde gegevens word ontleed tot een objectieve verklaring

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

licht stap 5 van het wetenschappelijk onderzoek toe

A

Datareportage: gevonden gegevens worden uitgeschreven en er wordt een conclusie opgesteld (antwoord + nieuwe vraag)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Geef de 6 onderzoeksmethodes

A

Interview, enquête, observatie, literatuuronderzoek, psychologische test, experiment

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Betekenis interview

A

een vraaggesprek met open en gevarieerde vragen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

betekenis enquête

A

Een vragenlijst met gesloten, meerkeuze vragen. Bedoeld om veel mensen te kunne interviewen.

17
Q

Betekenis observatie

A

1 of meerdere personen waarnemen, met bedoeling om uit de waarneming conclusies te trekken over het gedrag

18
Q

betekenis literatuuronderzoek

A

een systematische studie op basis van de bestaande wetenschappelijke literatuur om een wetenschappelijke vraagstelling te kunnen beantwoorden

19
Q

Betekenis experiment

A

een kunstmatig opgezette situatie waarin je probeert te toetsen of een uitspraak geldt

20
Q

betekenis psychologische test

A

vragenlijst of prikkel waarbij de onderzochte persoon een persoonlijk antwoord moet geven. Daaruit kun je conclusies trekken over de manier waarop die persoon functioneert in vergelijkbare situaties