Hoofdstuk 1 Flashcards

Alleen nieuwe theorie, dus geen vaardigheden en stof van vorig jaar

1
Q

Drie soorten stoffen

A

1) Metalen
2) Zouten
3) Moleculaire stoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Halogenen

A

Groep 17: Dit zijn niet-metalen die erg reactief zijn en schadelijk voor het milieu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Edelgassen

A

Groep 18: gassen die niet met andere stoffen reageren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Verbindingen

A

andere naam voor ontleedbare stoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

elektronconfiguratie

A

De verdeling van de elektonen over de schillen. Te vinden in Binas tabel 99.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Elektronenschillen

A

Energieniveaus rond atoomkern waar elektronen zich bevinden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

edelgasconfiguratie

A

Stabiele elektronenverdeling met volle buitenste schil, zoals edelgassen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

covalente binding

A

Atomen delen elektronen om een stabiele elektronenconfiguratie te bereiken. Ook wel atoombinding genoemd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

covalentie

A

Aantal bindingen dat een atoom kan vormen door elektronen te delen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

vanderwaalsbinding

A

De zwkke aantrekkende kracht tussen moleculen. Ook wel molecuulbinding genoemd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

atoomrooster

A

Vaste stof waarbij atomen verbonden zijn door sterke, covalente bindingen in een regelmatig patroon.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

molecuulrooster

A

In vaste stof zijn moleculen regelmatig gerangschikt door zwakke aantrekkingskrachten zoals vanderwaalsbindingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

valentie-elektron

A

Het aantal elektonene in de niet volledige gevulde buitenste schil noem je de valentie-elektronen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

edelmetalen

A

Zeldzame, corrosiebestendige metalen, zoals goud en zilver, met hoge waarde.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

onedel metaal

A

Metaal dat gemakkelijk oxideert of corrodeert, zoals ijzer en koper.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

0

ion

A

Een ion ontstaat doordat een atoom een of meer elektronen afstaat of opneemt. Het aantal elektronen in een ion is dus niet even groot als het aantal protonen

17
Q

elektovalentie

A

lading van een ion

18
Q

ionbinding

A

Aantrekkingskracht tussen positief en negatief geladen ionen in een verbinding.

19
Q

ionrooster

A

Regelmatige structuur van ionen in vaste stoffen, verbonden door ionbindingen.

20
Q

vrij elektronen

A

De elektroen in de buitenste schil van een metaalatoom

21
Q

metaalbinding & metaalrooster

A

Metaalbinding:
Aantrekking tussen positieve ionen en vrije elektronen in metalen.

Metaalrooster:
Structuur van positieve ionen omringd door vrije elektronen in metalen.

22
Q

legering

A

Mengsel van twee of meer metalen