hoofdstuk 1 Flashcards

1
Q

commnicatie

A

het doorgeven van info

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

zender

A

diegene die de informatie geeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

ontvanger

A

diegene die de info krijgt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

massacommunicatie

A

zenden van een boodschap naar een groot publiek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

massamedia

A

media die hun boodschap uitzenden naar een groot publiek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

soorten communicatie

A

directe en indirecte
communicatie
verbale en non-verbale communicatie
eenzijdige en tweezijdige communicatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly