Hfd 2 (1/ Flashcards

1
Q

Differentiële opvoeding

A

Verwijst naar verschillende opvoedingservaringen van siblings, die verschillen in hun ontwikkeling kunnen verklaren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waardoor worden siblingsrelaties gekenmerkt

A

door positieve (warmte) en negatieve (conflict) aspecten en verschillen (macht, status, geboorteorde)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat wordt bedoeld met een bidirectioneel proces van opvoeden?

A

Het betreft niet enkel acties die uitgaan van ouders, kinderen lokken ook bepaalde opvoedingsgedragingen uit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Op welk vlak kunnen siblings verschillen

A

Geboorteorde, leeftijd, geslacht en temperament MAAR ook opvoeding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly