HF 1: organisaties Flashcards
wat is een organisatie?
een organisatie is een groep mensen die op een bewuste manier bij elkaar is gebracht om één of meer gemeenschappelijke doelen te bereiken
wat zijn de 3 basiskenmerken van een organisatie (+1)
- mensen
- structuur
- doel
+ omgeving
basiskenmerkt de groep mensen:
- heterogene of homogene? waarom?
- sorrten op basis van
het is een heterogene groep mensen die elk een verschillende kijk hebben op wat de organisatie precies belangrijk vindt
op basis van:
- functie/ rol
- verantwoordelijkheid en bevoegdheid= leidinggevenden vs niet-leidinggevenden
- vakkennis
- productiebetrokkenheid
- regiobetrokkenheid
- demografische kenmerken
groep mensen bevind zich ook een organisatiecultuur. wat is dit en hoe beschrijft Hofstede deze
Organisaticultuur is het geheel aan gemeenschapellijke waarden en normen die alle organisatieleden delen
centrum uit -> buitenste schil hoe meer beïnvloedbaar
- waarden
- rituelen
- helden
- symbolen
- praktijken
binnenste ring = fundamentele uitingsvormen, niet makkelijk te veranderen en niet zichtbaar
buitenste ring= niet-fundamentele uitingsvormen, makkelijker te veranderen en zichtbaarder.
basiskenmerk bewuste structuur. wat zijn de verschillen tussen formele en informele organisatiecultuur.
formele organisatie
- afspraken worden expliciet gemaakt en opgeschreven
- organisatie is onafhankelijk van zijn lidmaatschap van mensen/ organisatie
- taken primeren
- vast en stabiel karakter, m.a.w afspraken zijn enkel veranderbaar door officiële procedures. de organisatie is weinig flexibel.
informele organisatie
- afspraken worden onderling gemaakt
- afhankelijk van lidmaatschap van mensen/ organisatie
- mensen primeren en staan centraal
- flexibel karakter waardoor afspraken makkelijk kunnen veranderen
basiskenmerk doel:
wat is een doel?
soorten doelen?
doel is een gewenstige toekomstige toestand
soorten doelen op basis van:
- voorwerp
- tijdshorizon
- organisatieniveau
- vormelijk karakter.
basiskenmerkt externe invloeden/ omgeving:
- waarom niet altijd duidelijk verschil tussen interne en externe omgeving?
- omgeving vervlecht geraakt in elkaar
- organisatie is afhankelijk van externe factor
- de identieit van de organisatie is slecht zichtbaar (dot.com)
leg uit taakomgeving
taakomgeving is de micro-omgeving van een organisatie. het is de externe omgeving die een directe invloed uitoefend om de organisatie.
- klanten
- leveranciers
- ditributeurs
- directe en indirecte concurrenten
- externe financiërs: interne en externe geldschieters
- onderaannemers en partenrorganisatie: periferen/ nevenactiviteit, kern/ coreactiviteit
leg uit algemene omgeving
de algemene omgeving is de macro-omgeving die indirecte invloed heeft op de organisatie, maar niet enkel om die ene organisati, het beïnvloed heel wat organisatie.
- economische omgeving
- juridische politieke omgeving
- socio-economische omgeving
- technologische omgeving.
andere manier om de omgeving op te delen is via karakter van de omgeving. geef de 3 dimensies en leg uit
- stabiliteit VS dynamische omgeving
- stabiele omgeving: omgeving waarbij er geen of slechts weinig verandering voortdoen
- dynamische omgeving: omgeving waarbij er veel veranderingen plaatsvinden en/of op een korte tijdsinterval - complexe of eenvoudige omgeving
- eenvoudige omgeving is het in kaart brengen van de omgeving vereist haalbare/ makkelijk beheersbare kennis
- complexe kennis: het in kaart brengen van de omgeving vereist complexe kennis - zekerheid VS onzekerheid
- zekere omgeving is indien de veranderingen in de omgeving makkelijk te voorspellen zijn.
- onzekere omgeving is een omgeving waarbij de veranderingen vooral niet/ beperkte mate te voorspellen zijn.
Geef de 7 verschillenden soorten van organisaties
- organisatie op basis van economische activiteit
- productieorganisatie
- dienstenorganisatie - organisatie op basis van plaats in productieketen
- toeleveranciers van grondstoffen en hulpstoffen
- klein-groot handelaar
- de vormgevers van dienstverlening - organisatie op basis van de eigenaar
- private organisatie: gefinanciers door individu of een andere organisatie
- publieke organisatie: gefinancierd door overheid - organisatie op basis van doelstelling
- profit = private
- non-profit = publieke - op basis van de omvang
- klein - middelgrote - grote - op basis van statuut: nv, BVBA,…
- op basis van levensfase
- opstartfase: producten nog niet aanbiede
- introductiefase: lanceren producten, bescheiden inkomen
- groeifase: KT hoge inkomens
- maturiteit: dalen vraag, inkomen neemt af
- vervalfase: negatieve groei