Het lichaam (The Body) Flashcards
Het hoofd
The head
Het haar
Hair
De neus
The nose
De mond
Mouth
De wenkbrauw
Eyebrow
De tand
Teeth
De kies
Molar teeth
De kaak
Jaw
De nek
Back of the neck
Het oog
The eye
De kin
Skin
De lip
Lip
De tong
The tongue
De wang
Cheek
Het oor
Ear
De hals
Front neck
Het gezicht
The face
De shouder
Shoulder
De arm
The arm
De elleboog
Elbow
De pols
Wrist
De hand
Hand
De teen
Toes
De vinger
(Duim, wijsvinger, middelvinger, ringvinger, pink)
The finger
(Thumb, index finger, middle finger, ring finger, pinky)
De borst
Breast/chest
De buik
Belly
De navel
Belly button
De rug
Back
De billen
Butt
De penis
Penis
De vagina
Vagina
De heup
Hip
Het been
Leg
De knie
Knee
De enkel
Ankle
De voet
Foot
De hersen
Brain
De keel
Throat
Het hart
Heart
De longen
Lung
De lever
Liver
De maag
Stomach
De darmen
Intestines
De blaas
Bladder
De nieren
Kidneys
De spier
Muscles