Het lesboek part 3 Flashcards
de gewoonte
habit
het gebruik
the use
gebruikelijk
common
cultureel
cultural
persoonlijk
personal
beleefd
polite
onbeleefd
rude
de keus/keuze
choice
de mening
opinion
volgens mij
i think
het misverstand
the misunderstaning
bedoelen
to intend
de bedoeling
the intention
betekenen
to mean
een hand geven
shake hands
hoeven
to need (only with negation)
nauwelijks
hardly
pas
only
slechts
just
amper
only
alleen maar
only
glimlachem
to smile
het inburgeringsexamen
civic integration exams
de kopie
the copy
overnachten
to stay the night
gebruikmaken (van)
to make use (of)
de lift
elevator
de trap
stairs
uiterlijk (adverb)
not later than
het voordeel
advantage
het nadeel
disadvantage
inclusief
including
het boetiekhotel
boutique hotel
de overnachting
the overnight stay
meteen
right away
de wijk/ het stadsdeel
the district
de omgeving
the area
verkennen
to explore
de horeca
the catering industry
de luchtent
the bar for having lunch (not a tent)
het plein
the square
de woonboot
houseboat
de rondvaart
(canal) cruise
varen
to sail, to boat
de gracht
canal
het grachtenpand
canal house
het pakhuis
warehouse
de politie
police
de crimineel
criminal
achtervolgen
to pursue
het kwartier
15 minutes
de rechter
the judge
overtuigen
to convince
de excuses
the apologies
aanvaarden
to accept
de dader
the perpetrator (o drastis)
omschrijven
to describe
de getuige
the witness
ondervragen
to interrogate
eerlijk
honest,fair
verdelen
to divide
herhalen
to repeat
wassen
to wash, to bathe
zich wassen
to wash (yourself)
de douche
shower
het bad
the bath
de verpleegkundige
the nurse
scheren
to shave
de workshop
workshop (brief course)
de speeddate
speeddate
overleggen
to discuss
waar..naartoe
where..to (direction)
waar ga je naartoe?
where are you going to?
tenslotte
after all
het is de hoogste tijd (om)
its absolutely time (ti)
opsnuiven
to sniff (up)
snuiven
to sniff
ademen
to breath
eerlijk gezegd
honestly
het verstand
knowledge
verstand hebben (van)
to have knowledge (of)
uitzoeken
to find out
de jongere
the younger one
de pas
the pass
regulier
regular
de directie
the management
het lidmaatschap
membership
de bron
the source
het concert
concert
het gebouw
building
de schouwburg
theatre
de voorstelling
the show
het optreden
the performance
het cultureel seizoen
cultural season
het festival
festival
het toneel
the stage
de regisseur
director
de speelfilm
the feature film
het filmhuis
art cinema
het publiek
audience
de garderobe
cloakroom
het decor
the decor
gaan over
to be about (story)
bezet
occupied
te koop staan
to be for sale
het pilletje
the pill
het apparaat
the device
het snoepje
the sweet
zweten
to sweat
voorbij zijn
to be over
geweldig
great
uitkijken
to watch out
je ogen uitkijken
to stare one’s eyes out
zo’n
that kind of, such a
de botanische tuin
botanic garden
de dierentuin
zoo
de pinguïn
penguin
de giraffe
giraffe
de nek
the neck
vet
fat
de olifant
elefant
de aap
monkey
voeren/eten geven
to feed
misgaan
to fail
vlak
flat
de heuvel
hill
de duin
dune (ammolofo)
de dijk
dyke (fragma)
de heide
the moor (agkirovolio)
het ven
the small lake
het veen
the turf (xlootapitas)
de polder
polder (a piece of low-lying land reclaimed from the sea or a river)
de plas
puddle, lake
het wad
mudflat (a stretch of muddy land left uncovered at low tide.)
de vloed
flood
de zeehond
seal
het noorden
the north
het zuiden
the south
het oosten
the east
het westen
the west
nog steeds
still, up until now
de zeespiegel
the sea level
het peil
the level
de hoogte
height
het punt
the point
overstromen
to flood
zich beschermen (tegen)
to protect yourself (against)
de koe
cow
het paard
horse
het schaap
sheep
de geit
goat
de ezel
donkey
de vis
fish
de dolfijn
dolphin
de mus
sparrow
de gans
goose
de zwaan
swan
de duif
pigeon
de eekhoorn
squirrel
de vlieg
fly (mougia)
de bij
bee
de spin
spider
de mier
ant
de kikker
frog
de vos
fox
de leeuw
lion
de beer
bear (arkouda)
de slang
snake
de tijger
tiger
de boerderij
farm
beginnen(aan)
to start (with)
rekenen(op)
to count (on)
meedoen (aan)
to participate (in)
lijken (op)
to look like
de koningin
queen
de ruïne
the ruin
trouwen (met)
to marry
stoppen (met)
to stop doing
het optimisme
the optimism
praten (tegen)
to talk (to)
zich abonneren (op)
to subscribe
zich inschrijven (voor)
to sign up (for)
zich interesseren (voor)
to be interested (in)
zich schamen(voor)
to be ashamed (of)
zich ergeren (aan)
to be annoyed (by)
lui
lazy
boos zijn (op)
to be angry (with)
teleurgesteld zijn (in)
to be disappointed (with)
tevreden zijn (over)
to be satisfied (about)
bijten
to bite
met spoed
urgent
de spoed
urgency
het ziekenhuis
hospital
de eerste hulp
first aid
zij is aan de beurt
its her turn
de klacht
the complaint
de infectie
the infection
duizelig
dizzy
de hofdpijn
headache
meevallen
to turn out better than expected
het onderzoek
research
beginnen (met)
to start (with)
inenten (tegen)
to vaccinate (against)
de inenting
vaccination
rabiës
rabies
de vaccinatie
vaccination
vaccineren (tegen)
to vaccinate (against)
verstandig
wise,reasonable
gezond zijn
to be healthy
de bloeddruk
blood pressure
meten
to measure
de hartslag
heartbeat
bloed prikken
to take blood (to test)
afnemen
to take
de naald
needle
de antibiotica
antibiotics
voorschrijven
to prescribe
de bijwerking
side effects
de verzekering
insurance
de ziektekostenverzekering
health insurance
de behandeling
treatment
ik geloof van wel
i believe so
ik geloof van niet
i dont think so
in orde zijn
to be ok
de zikte
the disease
de nood
distress
het noodgeval
emergency
de bedreiging
the threat
levensbedreiging
life threatening
het alarm
alarm
de centrale
control centre
brandweer
fire department
de ambulance
ambulance
eisen
to require
oftewel
in other words
de kantooruren
office hours
de huisartsenpost
doctor’s office
de tandarts
dentist
de tand
tooth
de kies
back tooth
het gebit
set of teeth
het wortelkanaal
root canal
de kaak
jaw
het gaatje
cavity
de ontsteking
inflammation
ontsteken
to be inflamed
het glazuur
the (dental) enamel
de tandartsassistente
dentist’s assistant
de afsprakenkaart
appointment card
verwijzen (naar)
to refer (to)
de verwijsbrief
referral leter
tandenpoetsen
to brush teeth
de tandenborstel
toothbrush
de tandpasta
toothpaste
flossen
to floss
de tandenstoker
toothpick
snoepen
to eat sweets
