Het brein in beeld Flashcards

1
Q

Wat wordt er bij single-cell recordings gedaan?

A

Om neurale representaties te onderzoeken wordt er een stimulus gegeven om vervolgens de responsiviteit van een neuron te meten (actiepotentialen per seconde).

Single-cell recordings worden verkregen door het implanteren van een kleine elektrode in het neuron zelf (intracellulair) of buiten het membraan (extracellulair) en het tellen van het aantal keren dat een actiepotentiaal optreedt in reactie op een stimulus. Het gaat hier om een invasieve methode, die maar af en toe wordt gebruikt bij mensen. Omdat neuronen zo klein zijn worden meestal extracellulaire registraties gedaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat wordt er bij een elektro-encefalografie (EEG) gedaan?

A

Dit zijn metingen van elektrische signalen van het brein door het plaatsen van elektrodes op verschillende plaatsen op de hoofdhuid. Deze methode is bijzonder geschikt voor het meten van de relatieve timing van cognitieve gebeurtenissen en neurale activiteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Rolls en Deo onderscheiden drie soorten representaties op neuraal niveau. Wat wordt verstaan onder ‘lokale representatie’?

A

Alle informatie over een stimulus/gebeurtenis gaat naar een van de neuronen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Rolls en Deo onderscheiden drie soorten representaties op neuraal niveau. Wat wordt verstaan onder ‘volledig gedistribueerde representatie’?

A

Alle informatie over een stimulus/gebeurtenis gaat naar alle neuronen in een populatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Rolls en Deo onderscheiden drie soorten representaties op neuraal niveau. Wat wordt verstaan onder ‘gespreid gedistribueerde representatie’?

A

Een gedistribueerde representatie waarbij een klein deel van de neuronen informatie over een stimulus/gebeurtenis krijgt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
Vul in:
Delta, golven onder  de ... Hz
Theta, golven tussen ... en ... Hz
Alfa, golven tussen ... en ... Hz
Beta, golven tussen ... en ... Hz
Gamma, golven hoger dan ... Hz
A
Delta onder de 4 Hz
Theta tussen 4 en 7 Hz
Alfa tussen 7 en 14 Hz
Beta tussen 15 en 30 Hz
Gamma hoger dan 30 Hz
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat wordt verstaan onder een dipool?

A

Dit is een paar van positieve en negatieve elektrische ladingen, op korte afstand van elkaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat wordt verstaan onder mentale chronometrie?

A

Dit wordt gedefinieerd als het onderzoek naar het tijdsverloop van informatieverwerking in het menselijke zenuwstelsel. Uitgangspunt is dat veranderingen in de aard of efficiëntie van informatieverwerking tot uiting komen in de tijd die het kost om een taak uit te voeren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Sternberg ontwikkelde een methode om reactietijden in verschillende fasen te splitsen, de zogeheten additieve-factorenmethode. Om welke fasen gaat het?

A

Coderen, vergelijken, beslissen, reageren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waar wordt N170 (een negatieve piek bij 170 ms) mee geassocieerd?

A

Perceptuele verwerking van het gezicht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waar wordt N250 (een negatieve piek bij 250 ms) mee geassocieerd?

A

Het herkennen van een bekend gezicht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waar wordt P400-600 (een positieve piek tussen de 400 en 600 ms) mee geassocieerd?

A

Herkenning van een persoon, waarbij de naam en de persoon kunnen worden gekoppeld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat betekent associatieve priming?

A

Dit betekent dat reactietijden korter zijn voor stimulus X na blootstelling aan stimulus Y, als X en Y voordien met elkaar geassocieerd waren (bijvoorbeeld als ze samen voorkomen).

Associative priming werkt zowel met namen als gezichten, wat erop wijst dat het effect zich voordoet in een late fase van verwerking.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

ERP-componenten behoren vanouds tot een van twee categorieën, exogeen en endogeen. Wat houdt exogeen in?

A

Exogeen zijn de componenten die afhangen van fysieke kenmerken van een stimulus. Zij worden ook evoked potentials genoemd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

ERP-componenten behoren vanouds tot een van twee categorieën, exogeen en endogeen. Wat houdt endogeen in?

A

Endogeen zijn de componenten die afhangen van kenmerken van een taak. Zij kunnen zich zelfs voordoen als een externe stimulus afwezig is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat wordt verstaan onder het inverse probleem? En hoe wordt dit probleem opgelost?

A

Een probleem van het lokaliseren van de bronnen van elektrische activiteit bij metingen op de hoofdhuid (bij ERP-onderzoek).

Meest gebruikelijke manier om het probleem op te lossen is door dipoolmodellering waarbij er aannames gedaan worden wat betreft het aantal gebieden die cruciaal zijn voor het teweegbrengen van het waargenomen patroon van potentialen.

17
Q

Wat wordt verstaan onder spatiale resolutie?

A

Maat voor nauwkeurigheid in plaats.

18
Q

Wat wordt verstaan onder temporale resolutie?

A

Maat voor nauwkeurigheid in tijd.

19
Q

Wat wordt verstaan onder structurele beeldvorming?

A

Metingen van de ruimtelijke configuratie van verschillende typen hersenweefsel (hoofdzakelijk CT en MRI), die kunnen worden gebruikt om gedetailleerde statische afbeeldingen te maken van de fysieke hersenstructuren.

20
Q

Wat wordt verstaan onder functionele beeldvorming?

A

Metingen van tijdelijke verandering in breinfysiologie die te maken hebben met cognitieve verwerking (fMRI). Het is gebaseerd op de aanname dat neurale activiteit plaatselijke fysiologische veranderingen in het desbetreffende hersengebied teweegbrengt, die worden gebruikt om een dynamische afbeelding van de hersenactiviteit te creëren, van moment tot moment, die betrekking heeft op een cognitieve taak.

21
Q

Wat wordt verstaan onder voxel-based morphometry (VBM)?

A

De mogelijkheid van structurele MRI om verschillen tussen grijze en witte stof op te sporen. VBM verdeelt het brein in tienduizenden kleine gebieden van enkele kubieke millimeters groot, voxels genaamd. De concentratie van witte en grijze stof in elke voxel wordt geschat, waardoor het mogelijk is deze meting tussen individuen te vergelijken.

22
Q

Wat wordt verstaan onder diffusion tensor imaging (DTI)?

A

Het meet de verbindingen van witte stof tussen hersengebieden.

Diffusion Tensor Imaging (DTI) is a technique that detects how water travels along the white matter tracts in the brain. White-matter tracts connect different parts of the brain and must be protected during surgery.

23
Q

Wat wordt verstaan onder fractionele anisotropie (FA)?

A

Als vele axonen zich bij elkaar bevinden is het mogelijk dit effect met MRI te kwantificeren met een meting genaamd fractionele anisotropie (FA), dit is de bepaling van de mate waarin diffusie in de ene richting meer optreedt dan in de andere.

24
Q

De manier waarop het BOLD-signaal (blood oxygen level dependent-contrast, als neuronen zuurstof verbruiken zetten ze oxyhemoglobine om in deoxyhemoglobine dat sterke paramagnetische eigenschappen heeft en gemeten kan worden door middel van BOLD) verandert in reactie op een toename van neurale activiteit wordt de hemodynamische reactiefunctie (HRF) genoemd.

HRF kent drie fasen, wat wordt verstaan onder de ‘initiële daling’?

A

Als neuronen zuurstof verbruiken treedt een kleine stijging van de hoeveelheid deoxyhemoglobine op, wat resulteert in een vermindering van het BOLD-signaal.

25
Q

De manier waarop het BOLD-signaal (blood oxygen level dependent-contrast, als neuronen zuurstof verbruiken zetten ze oxyhemoglobine om in deoxyhemoglobine dat sterke paramagnetische eigenschappen heeft en gemeten kan worden door middel van BOLD) verandert in reactie op een toename van neurale activiteit wordt de hemodynamische reactiefunctie (HRF) genoemd.

HRF kent drie fasen, wat wordt verstaan onder de ‘overcompensatie’?

A

In reactie op het verhoogde zuurstofverbruik, neemt de bloedtoevoer naar het gebied toe. Deze toename is groter dan het toegenomen verbruik, waardoor het BOLD-signaal significant toeneemt. Dit is wat normaal gesproken wordt gemeten met fMRI.

26
Q

De manier waarop het BOLD-signaal (blood oxygen level dependent-contrast, als neuronen zuurstof verbruiken zetten ze oxyhemoglobine om in deoxyhemoglobine dat sterke paramagnetische eigenschappen heeft en gemeten kan worden door middel van BOLD) verandert in reactie op een toename van neurale activiteit wordt de hemodynamische reactiefunctie (HRF) genoemd.

HRF kent drie fasen, wat wordt verstaan onder de ‘onderschrijding’?

A

De bloedtoevoer en het zuurstofverbruik dalen voordat ze weer terugkeren op hun oorspronkelijke niveau. Dit duidt op ontspanning van het aderstelsel, wat weer een tijdelijke toename van deoxyhemoglobine veroorzaakt.

27
Q

Welke processen worden geassocieerd met delta- en thetagolven?

A

De delta- en thetagolven zijn trage golven die aanwezig zijn tijdens ontspanning, dagdromen en mindfullness. Specifiek wordt theta ook in verband gebracht met creativiteit.

28
Q

Welke processen worden geassocieerd met alfagolven?

A

De alfagolven worden in wakkere toestand gekoppeld aan een toename in aandacht en het uitfilteren van irrelevante informatie.

29
Q

Welke processen worden geassocieerd met betagolven?

A

De betagolven zijn zichtbaar tijdens bewuste denkprocessen.

30
Q

Welke processen worden geassocieerd met gammagolven?

A

De gammagolven worden in verband gebracht met perceptuele integratie van delen in een geheel, wat bijvoorbeeld relevant is voor het herkennen van objecten.