HC9 Flashcards

1
Q

Wat is het neurocranium?

A

de schedelpan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn satura?

A

naden waarbij botten aan elkaar gefuseerd worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

ander woord voor hersenschudding?

A

commotio cerebri

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn symptomen van een hersenschudding?

A
  • daling bewustzijn
  • vermindering aanspreekbaarheid
  • zeer slaperig
  • bloed of waterige afscheiding vanuit de oren of de neus
  • pupillen reageren langzaam op licht of zijn ongelijk
  • visueel probleem
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de fossa?

A

een holte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de namen van de drie holten (fossa)

A
  • Fossa crani anterior
  • Fossa crani medialis
  • Fossa crani posterior
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

in hoeveel miljoen seconde gaan actiepotentialen naar de hersenen?

A

107 miljoenseconde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat voor test is de Visuallu Evoked Potentials?

A

Een test met blokjes waarmee doormiddel van elektronen actiepotentialen te meten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Is gordelroos altijd actief?

A

nee het houd zich slapende in de ganglioncellen van de N. Trigeminus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn foramen?

A

plekken waar de zenuwen naar buiten komen in de schedel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

De N. trigeminus heeft drie takken welke drie?

A
  • N. opthalmicus
  • N. Maxillaris
  • N. mandibularis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de klinische functie controle van de N. trigeminus?

A

drukken met de vinger op de plaats waar de zenuw naar buiten treed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoeveel botten vormen de orbita?

A

7

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke botten vormen de orbita?

A
  • os frontale
  • os sphenoidale
  • os zygomaticus
  • os lacrimale
  • os ethmoidale
  • os palatinum
  • maxilla
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

De orbita kun je vergelijken met een bepaalde vorm welke vorm?

A

piramide

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welke twee assen zitten er in de orbita?

A
  • as van de oogbol

- as van de oogkas

17
Q

Hoe kan je testen of er een maxilla fractuur is?

A

de patiënt omhoog laten kijken, het oog doet niet mee met die beweging

18
Q

Wat zijn symptomen van orbitale cellulitis

A
  • koorst
  • proptisis, lateraal
  • oogleden zijn gevoelig bij aanraking
  • gestoorde motiliteit, wazig/dubbelzien
  • vocht ophoping bindweefsel
19
Q

noem de drie openingen van de orbita

A
  • canalis opticus
  • fissura orbitalis superior
  • fissura orbitalis inferior
20
Q

Waar zorgt de Arteria opthalmica voor?

A
  • bloedvoorziening orbita
  • bloedvoorziening deel van de neus
  • lopen ook door de oogspieren naar de episclera, conjunctiva, iris en corpus ciliare
21
Q

Wat zijn de sinus paranasales?

A

kleine holtes in de schedel

22
Q

Hoe heet een ontsteking van de sinussen?

A

sinusitis