HC.5: Anatomie vrouwelijke geslachtsorganen

Question 1

Verschillen mannen en vrouwen bekken

Answer 1

Bij vrouwen heeft de bekkeningang een dwars-ovale vorm, bij de man is de bekkeningang meer hartvormig
De hoek gevormd door beide schaambeenderen is bij de vrouw 90 graden of meer, bij de man minder dan 90 graden

Question 2

Organen in de bekken

Answer 2

Uterus
Blaas
Vagina
Rectum
Ovarium

Question 3

Labium major

Answer 3

Buitenste schaamlippen

Question 4

Labium minor

Answer 4

Binnenste schaamlippen

Question 5

Ostium vaginae

Answer 5

Vagina opening

Question 6

Variaties in uterus positie

Answer 6

Versio: hoek tussen vagina en cervix uteri
Flexio: hoek tussen cervix en corpus uteri
In normale situatie: anteversio en anteflexio

Question 7

Fistula

Answer 7

Een verbinding tussen twee holle organen of een hol orgaan en de huid
Vesico-uterina fistula
Vesicovaginal fistula
Urethrovaginal fistula
Rectovaginal fistula

Question 8

Vascularisatie

Answer 8

Alle bekkenorganen ontvangen uterieel bloed van aftakkingen van de a. iliaca interna (uitzondering: a. ovarica, a. rectalis superior, a. pudenda externa)
Veneuze afvoer gaat op dezelfde manier
a. uterina en a. pudenda interna hebben anastomosen met a. pudenda externa
Veneuze plexussen rond de bekken organen hebben onderlingen anastomosen en staan eveneens in verbinding met plexus venosi vertebralis en v. azygos systeem

Question 9

Innervatie somatisch

Answer 9

Somatosensorisch
- n. pudendus: uitwendige geslachtsorganen, clitoris
Somatomotorisch
- n. pudendus: diaphragma urogenitalis, regio perinealis

Question 10

Innervatie autonoom

Answer 10

Parasympatisch
- n. splanchnici pelvici: uterus, vagina, clitoris
Sympatisch
- n. hypogastricus: tuba uterina, uterus, vagina