HC3.7 Flashcards
fisiology van het hart
wat valt onder de grote en kleine circulatie?
grote circulatie,
linker atrium + ventrikel + aorta
kleine circulatie
rechter atrium + ventrikel + truncus pulmonaris
wat zijn de onderdelen van de systole en wat zijn de kenmerken van de onderdelen?
isovolumische contractie, moment waarom de mitralis klep sluit en de aorta klep ook nog dicht is
ejectie fase, nadat de aortaklep wordt geopend en de ventrikels samentrekken
wat zijn de onderdelen van de diastole en wat zijn de kenmerken van de onderdelen?
isovolumische relaxatie, begint bij sluiting aorta en en nog gesloten mitralis klep.
ventriculaire vullingsvase, mitralis klep wordt geopend, ontspannen ventrikels.
hoe bereken je hartprestatie
HMV(l/min)=SV(l)xHF(min-1)
SV(l)=EDV(l) - ES(l)
wat zijn de 2 harttonen
1e. sluiting AV-kleppen
2e. sluiting SL-kleppen
wat is het verloop van het geleidingssysteem van het hart?
prikkel ontstaat in AV-knoop
verloopt verder over boezems
(loop niet door naar ventrikels door niet geleidend weefsel tussen atria en ventrikels)
komt bij Sinus-knoop, loopt daar vertraging op
loopt verder door over de bundel van His en activeert vanuit de apex de hartspier cellen tot samentrekking door de purkinje vezels
hoe verloopt de precieze werking van de SAknoop?
depolarisation door opening van Ca kanalen
repolarisatie door K kanalen
bij hyperpolarisatie openen kation kanalen voor vernieuwde depolarisatie en nieuwe opening van Ca kanalen tot nieuwe actie potentiaal
wat zijn de onderscheidende kenmerken van de AVknoop?
secundair latente pacemaker
lagere frequentie, en lange refractaire periode, zorgt voor vertraging van impuls geleiding over ventriekels n
(neemt SAknoop over bij problemen)
Wat verlengt het actie potentiaal in de hartspier?
de plateaufase, zorg voor calcium induwde calcium release en zo een langere actiepotentiaal