HC. 2 en 3 Flashcards

1
Q

Wat is osteogenese?

A

kraakbeen dat verbeent wordt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe verloopt osteogenese?

A
  • kraakbeen met mesenchym er om heen
  • bloedvaten worden aangelegd die osteoblasten aanvoeren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het voordeel van een grotere botmassa?

A

lagere kans op osteoporose op latere leeftijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe neemt je botmassa toe?

A

door de hoeveelheid krachten hierop, die zorgen voor condensering van het bot

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een synoviaal gewricht?

A

kraakbeen kapsel met daarin synoviaal vloeistof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een cartilaginea gewricht?

A

kraakbeenachtige structuur zoals de discus intervertebralis en de groeischijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een fibrosa gewricht?

A

fibreus weefsel zoals de syndesmose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe is de meniscus ontstaan?

A

gevormd door druk/kracht erop
bij immobiliteit is er dus geen meniscus aanwezig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Uit welke gewrichten bestaat de cervicale wervelkolom en hoe is dit ontstaan?

A

synoviale gewrichten
Als baby weinig stabiliteit in de wervelkolom. Zodra ze hun hoofd erop laten steunen, degenereren de tussenwervelschijven om stabiliteit te creeëren. Via het uncovertebrale gewricht loopt synoviaal vloeistof het gewricht in

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waaruit worden spieren aangelegd?

A

somieten: dermatomen, myotomen en sclerotomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waardoor is de innervatie van spieren ingewikkeld?

A

individuele spieren zijn soms samengesteld uit meerdere myotomen, waardoor de innervatie uit meerdere ruggenmerg segmenten komt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waardoor ontstaat een bursa?

A

wrijving spier en bot

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is de functie van een bursa?

A

bescherming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke factoren dragen bij aan veilig opereren?

A
  • zenuwschade en de-vascularisatie voorkomen
  • internervous plane
  • voorkomen weefselschade
  • minimaal invasief
  • kennis anatomie
  • kennis anatomische variaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe loopt de n. radialis?

A

in een posterieure botgroeve van de humerus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat innerveert de n. radialis?

A

alles dorsaal aan de hand en arm

17
Q

Wat is het gevolg van te weinig actief vitamine D?

A

te weinig Ca2+ opname in de darm, waardoor Ca2+ uit bot wordt opgenomen

18
Q

Wat geeft een bursitis?

A

te veel vochtproductie

19
Q

Waardoor ontstaat vaak overbelasting van weefsels?

A

door instabiliteit van een gewricht

20
Q

Waarom kun je een bursa makkelijk wegsnijden?

A

groeit daarna weer terug in de oude staat

21
Q

Welke gewrichtsbehandelingen zijn er?

A

arthroscopie
arthroplastiek: kunstgewricht
arthrodese: verstijven
arthrolyse: losmaken
arthrocentese: gewrichtspunctie
synovectomie

22
Q

Welke ossale behandelingen zijn er?

A

osteotomie: door snijden van bot
osteosynthese: verbinden van 2 botdelen aan elkaar
distractieosteogenese: verlengen van bot
inkorten
resectie bij een bottumor
excochleatie: uitlepelen van het bot bij benigne tumor of laaggradig
bottransplantatie
nettoyage: losse stukjes uit het bot halen bij osteomyelitis

23
Q

Welke peesbehandelingen zijn er?

A

hechting
verlenging
nettoyage
vastzetten

24
Q

Welke ligamentbehandelingen zijn er?

A

hechting
reïnsertie
reconstructie
shrinking

25
Q

Welke fasciebehandelingen zijn er?

A

fasciotomie: bij compartimentsyndroom
fasciectomie: bij fibromatosis palmaris
fascieplastiek: Z-plastiek bij fascia lata

26
Q

Welke bursa behandelingen zijn er?

A

bursectomie
drainage bursa
injectie bursa

27
Q

Welke spierbehandelingen zijn er?

A

resectie: bij weke delen tumor

28
Q

Welke zenuwbehandelingen zijn er?

A

decompressie
transpositie
hechting