H3 Flashcards

1
Q

klimaatverandering

A

door versterkte broeikaseffect wereldwijde klimaatverandering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

gevolgen van de klimaatverandering op de hydrosfeer

A
  • overstromingen door verharding en verstedelijking
  • bosbranden door combinatie van droogte en hoge temperaturen
  • gletsjers: ijsmassa’s die langzaam van een berghelling naar beneden bewegen, door stijging van temp. = sneller smelten. zoete water verlaat brongebied
  • permafrostbodems: bodems die lange tijd bevroren zijn.-> smelten, smeltwater veroorzaakt stijging van zeeniveau= klimaatmigranten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

1: gevolg van de klimaatverandering op de biosfeer

A

plant- en diersoorten aanpassen aan veranderde omgeving. leefgebieden onder druk en schuiven op. Komen in Centraal- en West-Europa, voordien in zuiden. Vuurlibel, wespspin, sardines, muggen drager van ziektes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

2: gevolg van de klimaatverandering op de biosfeer

A

andere van West- Europa nu noordwaarts-> niet in warmere temp. overleven -> kabeljauw, heilbot, grijze garnalen en vlinders= nieuwe habitat zoeken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

3: gevolg van de klimaatverandering op de biosfeer

A

uitheemse plant- en diersoorten soms minder natuurlijke vijanden -> onbeheersbaar toenemen ten koste van inheemse soorten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

4: gevolg van de klimaatverandering op de biosfeer

A

akkergewassen in Europa meer lijden onder ziektes en plagen, vroeger alleen in zuidelijk gelegen landen -> opbrengsten nemen af en overschakelen naar nieuwe teelten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

5: gevolg van de klimaatverandering op de biosfeer

A

pollenseizoen duurt langer en mensen hebben langer problemen of nieuwe allergieën

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Positieve terugkoppeling

A

reactie van aarde opwarming versnelt
bv:
- waterdampterugkoppeling: warmte in lucht meer waterdamp vasthouden-> broeikasgas= versterkt broeikaseffect en klimaatverandering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

negatieve terugkoppeling

A

de opwarming vertraagt
bv:
- fotosyntheseterugkoppeling: meer CO2 in lucht= planten in water en op land beter aan fotosynthese doen. meer CO2 uit lucht en verzwakking van broeikaseffect

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is het klimaatakkoord van Parijs

A

de opwarming van de aarde beperkt houden tot 2 °C liefst 1,5 °C

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hoe komt het dat we in België meer extreme neerslag hebben en langere droge periodes

A

als de atmosfeer 1 °C stijgt, kan die 7 % meer water bijhouden= daarom langer droog en meer regen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

3 voorwaarden voor een bosbrand

A
  • veel droogte
  • heel warm
  • veel wind
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat mag je niet doen met water tijdens extreme droogte

A
  • auto wassen
  • geen zwembad
  • bouwstop
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

2 redenen waardoor zeeniveau zal stijgen

A

1: afsmelten van ijskappen en gletsjers
2: doordat het water warm word zet de zee zich uit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

gevolgen van permafrost dat smelt

A

methaan komt vrij, instabiele grond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly