H13 Flashcards

1
Q

Goddard

A

Eugenetica en zwakzinnigheid bij volwassenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Eugenetica

A

Domme mensen krijgen domme kids dus die moeten geen kinderen krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Galton

A

Focus op wat goed gaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Therman en cox

A

Volgen van begaafde kids,
stanford binet intelligence scale (met 100 punten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Stanford binet intelligence test

A

Met de test van Binet en de berekening van Stern wordt een komma getal bepaald, en dit doe je keer 100

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wechsler

A

Wechsler adult intelligence scale (WAIS)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wechsler adult intelligence scale (WAIS)

A

IQ wordt verdeeld in verbaal en performance iq.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Verbaal IQ

A

WAIS, VIQ, onderverdeeld in verbal comprohension index (VCI) en working memory index (WMI)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Performance IQ

A

WAIS, PIQ, worst opgedeeld in perceptual organisation index (POI) en processing speed index (PSI)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Simon Binet intelligentietest

A

Binet en Simon, identificeren van subnormaliteit, rij taken die telkens moeilijker worden. Vergelijken met score die iemand van die leeftijd zou moeten hebben. 2 jaar achterstand is VSO of SBO

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Binet en Simon

A

Intelligentietest, mentale orthopedie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Spearmann

A

2 factor theorie van intelligentie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

2 factor theorie

A

Je hebt generale en taak specifieke intelligentie. Wanneer je veel taak specifieke intelligentie hebt, telt dit op tot een hoge generale intelligentie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Bruner

A

Mode of representation

Enactive
Iconic
Symbolic

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Mode of representation

A

Enactive (heel concreet, Jip, Fien, Pleun)
Iconic (representatie, kat geit geit)
Symbolic (aantal, 1 + 2)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Mentale orthopedie

A

Extra hulp om intelligentie aan te sterken

17
Q

Stern

A

Berekening intelligentie quotient. Mentale leeftijd gedeel door chronoglogische leeftijd

18
Q

Verbal comprehension index VCI

A

Vocabulary
Similarities
Information
Comprehension

19
Q

Working memory index (WMI)

A

Arithmetic
Digit span
Letter-number sequencing

20
Q

Perceptual organisation index (POI)

A

Picture completion
Block design
Matrix reasoning

21
Q

Processing speed index

A

Digit symbol coding
Symbol search

22
Q

Piaget en inhelder

A

Kinderen denken op een andere manier dan volwassenen > genetic epistemology

Stadia van cognetieve ontwikkeling

23
Q

Stadia van cognitieve ontwikkeling

A

Sensomotorisch (0-2) objectpermanentie
Preoperationeel (2-7) conservation of quantity
Concreet operationeel (7-12)
Formeel operationeel (12+)

24
Q

Vygotski

A

Zone van naaste ontwikkeling