H1 Klas 2 Begrippen Toets Flashcards
Koloniën
Een gebied dat door een ander land is veroverd en wordt bestuurd. Meestal ligt dat gebied ver van het land vandaan.
Wereld handel
Handel (het kopen en verkopen van producten) tussen verschillende werelddelen.
Humanisten
Mensen die in de Tijd van ontdekkers en hervormers de boeken uit de Grieks-Romeinse tijd bestudeerden.
Protestanten
Christenen in de zestiende eeuw die niet meer bij de katholieke kerk wilden blijven.
Ketter
Naam voor protestanten en alle andere mensen die zich niet hielden aan regels van de katholieke kerk.
Hervorming
De splitsing van de christelijke kerk in de katholieke kerk en de protestantse kerk, in de zestiende eeuw.
Gewesten
Zelfstandig gebied met eigen regels, wetten en gewoonten
Stadshouder
Plaatsvervanger van de landsheer in een gewest.
Landvoogdes
Persoon die namens de koning het land bestuurt.
Centralisatie
Als een vorst of een regering een bepaald gebied vanuit één punt wil gaan besturen.
Beeldenstorm
Het vernielen van katholieke kerken en kloosters door protestanten en arme katholieken in 1566.
Watergeuzen
Naam voor de opstandelingen die vanuit zee de Spanjaarden aanvielen.
Staten-generaal
Het hoogste bestuur van de Republiek der Verenigde Nederlanden.