H1 gegevens invoeren in Excel Flashcards

1
Q

wat is een worksheet/werkbladen

A

dat is een bestand in excel. Een werkboek of werkmap besaat uit een for meerdere werkbladen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe kan jede namen van de werkbladen aanpassen

A

door rechts te klikken op de naam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is celinhoud en celopmaak

A

celinhoud = inhoud van de cel
celopmaak = gegevens in de cel die een bepaalde lettertype , kleur , randen … hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat zijn voorbeelden van bepaalde types van gegevens in een cel

A

tekst , getal , valuta, percentage , datum , tijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

hoe kan je opmaakkenmerken wijzigen ?

A

met rechtermuisknop klikken op een cel en Format Cells/Celeigenschappen aan te duiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe ga je naar een nieuwe lijn binnen een cel

A

ALT + ENTER

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe kan je excel automatisch tekst laten spreiden over verschillende regels?

A

knop Wrap Text (tekstterugloop)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

zorg ervoor dat een lange tekst niet over andere cellen heen gaat

A

tekst -> Wrap Text/ tekssterugloop

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe zorg je ervoor dat excel niet ongewild je tekst aanpast

A

door een AFKAPPINGSTEKEN ervoor te zetten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de regels bij de scheidingsteken voor duizendtallen?

A

Men gebruikt en ‘.’ voor duizendtallen en een ‘,’ voor decimalen

Je mag nooit spaties of andere symbolen gebruiken anders beschouwt hij dit als tekst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe kanje getallen afronden

A

Format cells -> Number -> decimal places

OF

bij numbers -> vervolg knop

OF

icoontje bij Number

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe vermenigvuldig je makkelijk een cel door iets

A

door formule =A/B/C/…1/2/3…2/3/4/5/6…
vb
=A2
3

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly