Gesch Mod 7 Flashcards
Het Tweede Duitse keizerrijk werd gesticht in 1870 in Versailles, na afloop van de Frans-Duitse oorlog, en opgehe ven in 1918. Het is de opvolger van het middeleeuwse Heilige Roomse Rijk der Duitse natie.
Duitse keizerrijk
Staatsvorm van Duitsland tussen 1918 en 1933
REPUBLIEK VAN WEIMAR
Vrede gesloten tussen Rusland en Duitsland na de machtsovername van de bolsjewieken. Betekende het einde van de deelname aan de Eerste Wereldoorlog voor Rusland.
VREDE VAN BREST-LITOVSK
Duitssprekende minderheid in Sudetenland, een deel van het voormalige Tsjechoslowakije.
SUDETEN-DUITSERS
Verbond dat in 1936 werd gesloten tus sen Duitsland, Italië en Japan. Officieel was het een verbond tegen de Kommunistische Internationale o.l.v. Stalin.
ANTI-KOMINTERN PACT
Politiek gericht op het voorkomen van oorlog door steeds wat toe te geven aan agressieve dictators zoals Hitler
APPEASEMENT-POLITIEK
Verdrag uit 1928 tussen 63 landen om bij ruzies niet naar de wapens te grij pen, maar te onderhandelen.
BRIAND-KELLOGG-PACT
Duitse buitenlandse politiek gericht op het naleven van de bepalingen van het Verdrag van Versailles.
ERFÜLLUNGSPOLITIEK
Vergadering van Duitsland, Frankrijk, Engeland en Italië in 1938 over Tsjechoslowakije.
CONFERENTIE VAN MÜNCHEN
Schadevergoedingen die betaald moesten worden door de landen (o.a. Duitsland) die de schuld kregen van de Eerste Wereldoorlog.
HERSTELBETALINGEN
Toestand waarbij de machtsverhoudingen tussen de mogendheden in balans zijn.
MACHTSEVENWICHT
Niet-aanvalsverdrag in 1939 gesloten tussen de Sovjetunie en Hitler-Duitsland.
MOLOTOV-VON RIBBENTROP-PACT
Militair plan gericht op aanvallen.
OFFENSIEVE TACTIEK
Diplomatiek verbond dat in 1907 werd gesloten tussen Frankrijk, Engeland en Rusland.
TRIPLE ENTENTE
Duits aanvalsplan dat erin voorzag dat Duitsland eerst met landen in West Europa en vervolgens met die in Oost-Europa afrekende om zo een tweefrontenoorlog te vermijden.
VON SCHLIEFFEN-PLAN
Burgeroorlog tussen aanhangers van de democratische regering van Spanje en conservatieve krachten onder leiding van generaal Franco.
SPAANSE BURGEROORLOG
Havens die in de winter niet dicht vriezen
WARME HAVENS
Verdrag tussen Europese landen (1925) waarbij Duitsland zijn westgrenzen en het gebiedsverlies van de Vrede van Versailles accepteerde.
VERDRAG VAN LOCARNO
Bondgenootschap tijdens de Eerste Wereldoorlog van Oostenrijk-Hongarije, Duitsland en andere landen dat vocht tegen de geallieerden.
CENTRALEN
De aansluiting van Oostenrijk bij Duitsland. Dit was verboden volgens het Verdrag van Versailles, maar werd door Hitler afgedwongen in 1938.
ANSCHLUSS
Rij van landen die samenwerken om een groot buurland in bedwang te houden.
CORDON SANITAIRE
Amerikaans hulpprogramma om de Duitse economie erbovenop te helpen na de economische crisis van 1923
DAWES-PLAN
Alle militaire troepen weghalen uit een gebied en bunkers en forten slopen.
DEMILITARISEREN
Verbond tussen Duitsland en Italië waar Japan zich later (1936) bij aansloot.
AS ROME-BERLIJN
Grote oorlog (1914-1918) waarin Europese landen tegenover elkaar stonden en waaraan de Verenigde Staten vanaf 1917 een mondiaal karakter gaven.
EERSTE WERELDOORLOG
Tactiek van een snelle overrompelings oorlog
BLITZKRIEG
Bondgenootschap tijdens de Eerste Wereldoorlog van Oostenrijk-Hongarije, Duitsland en andere landen dat vocht tegen de geallieerden.
Centralen
Bondgenootschap tijdens de Eerste Wereldoorlog van Frankrijk, Rusland, Engeland en andere landen dat vocht tegen de Centralen.
GEALLIEERDEN
Oorspronkelijke benaming voor de Eerste Wereldoorlog (1914-1918).
GROTE OORLOG
Brigade van het Spaanse leger tijdens de Spaanse Burgeroorlog waarin de vrijwilligers uit andere landen waren samengebracht.
INTERNATIONALE BRIGADE
Politiek van de V.S om zich zo min mogelijk met Europese zaken te bemoeien.
ISOLATIONISME
Land bestaande uit het huidige Bosnieë, Kroatië en Klein-Joegoslavië of Servië. Ontstaan na de Eerste wereldoorlog en door Tweede Wereldoorlog communistisch geworden.
JOEGOSLAVIË
Sterke nadruk op het leger en op militaire middelen om problemen op te lossen.
MILITARISME
Streven van geïndustrialiseerde landen naar een wereldrijk door koloniën te vormen.
MODERN IMPERIALISME
Ernstige vorm van vaderlandsliefde. Het eigen volk gaat boven alles.
NATIONALISME
Het probleem dat een bepaald volk niet meer bij de staat wil horen, maar onafhankelijk wil zijn.
NATIONALITEITENPROBLEEM
Tegenaanval.
TEGENOFFENSIEF
Diplomatiek verbond dat in 1882 werd gesloten tussen Duitsland, Oostenrijk Hongarije en Italië.
Triple Alliantie
Verdrag tussen Duitsland en Rusland (1920) waarin beide landen beloven elkaar steun te verlenen, zoals het trainen van Russische troepen door Duitse militairen en het verlenen van toegang tot de sovjet markt aan Duitse ondernemers.
VERDRAG VAN RAPALLO
Duikboten vallen elk schip aan waarvan vermoed wordt dat het voor de vijand vaart.
ONBEPERKTE DUIKBOOTOORLOG
Streven naar vermijden van oorlog door principieel geen wapens te gebruiken.
PACIFISME
Internationale organisatie (1919) die de oorlogsdreiging tussen landen via onderhandelingen weg moest nemen.
VOLKENBOND
Strook grond dwars door Oost-Pruisen die Polen toegang moest verschaffen tot de Oostzee.
POOLSE CORRIDOR
Land bestaande uit het huidige Tsjechië en Slowakije, opgericht na de Eerste Wereldoorlog en uiteengevallen begin jaren negentig. Werd door de Tweede Wereldoorlog communistisch.
TSJECHOSLOWAKIJE
Grote oorlog (1939-1945) waarin As mogendheden en geallieerden tegen elkaar vochten in Europa, Afrika en Azië
TWEEDE WERELDOORLOG
Staat waarin kerk en staat gescheiden zijn en religieuze leiders niet automatisch ook de politieke leiders zijn.
SECULIERE STAAT
Een oorlog die door een land (bijvoorbeeld Duitsland) aan twee fronten (oost en west) tegelijk wordt uitgevochten.
TWEEFRONTENOORLOG
Voorstanders van een onafhankelijk groot-Servië.
SERVISCHE NATIONALISTEN
Vrede die een einde maakte aan de Eerste Wereldoorlog.
VREDE VAN VERSAILLES
Staten waarin een aantal volkeren zijn samengebracht.
VEELVOLKERENSTATEN
Een havenstad die niet onder de soevereiniteit van een bepaalde staat valt, zoals Danzig in het interbellum
VRIJHAVEN
Principe-programma van de Amerikaanse president Wilson voor de inrichting van de wereld na afloop van de Eerste Wereldoorlog
VEERTIEN PUNTEN
Politiek van Engeland om zich afzijdig te houden van Europese zaken
SPLENDID ISOLATION
Het o.a. door president Wilson in zijn Veertien Punten geformuleerde recht van een volk op beslissingsrecht over wat er met het volk moet gebeuren
ZELFBESCHIKKINGSRECHT