Gedrag en Gedragsverandering bij Training en Voeding Flashcards

1
Q

Welke twee systemen zijn er volgens Kahneman en wat houden deze in?

A

Systeem 1: functioneert onbewust en snel

Systeem 2: functioneert bewust en langzaam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe zijn verschillende gewoontes te categoriseren?

A
  1. bewust vs. onbewust
  2. preventief vs. curatief
  3. groot vs. klein
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de betekenis van ‘basisbehoeften’?

A

Basisbehoeften zijn fundamentele behoeften van mensen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de betekenis van ‘motieven’?

A

Motieven zijn relatief stabiele factoren die mensen kunnen aanzetten tot het vertonen van specifiek gedrag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de betekenis van ‘doelen’?

A

Doelen zijn gewenste uitkomsten van gedrag, opgesteld in meetbare eenheden (SMART) welke kunnen worden bereikt door specifiek gedrag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de grootste voorspeller van vroegtijdig sterfte?

A

Lage fitheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe kan je gezondheid het beste bevorderen?

A

Lang volhouden van een trainings- en voedingsprogramma en daarnaast te werken aan leefstijlfactoren in het algemeen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de BRAVOZ factoren?

A
Bewegen: in het algemeen en als trainen
Roken: niet
Alcohol: geen of matig gebruik
Voeding: gezond
Ontspanning: stress beheersen en voldoende slapen
Zitten: niet langdurig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de drie kernelementen van de theorie van zelf-effectiviteit?

A
  1. zelf-effectiviteitsverwachtingen: de verwachtingen om een specifieke activiteit te kunnen volbrengen
  2. resultaatverwachtingen: welk resultaat denkt de persoon met het gedrag te kunnen bereiken?
  3. resultaatwaardering: hoe waardeert de persoon de te verwachten resultaten?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke doelen zijn er op basis van de theorie van zelf-effectiviteit?

A
  1. resultaatdoelen (15 kg afvallen)
  2. procesdoelen (2x per week sporten)
  3. prestatiedoelen (uitrennen van een marathon)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn SMART-doelen?

A
Specifiek
Meetbaar
Acceptabel
Realistisch
Tijdsgebonden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is een van de belangrijkste motiverende factoren van doelstellingen en waarom?

A

Het bereiken van doelen en deze vieren. Dit verhoogt de zelf-effectiviteit en zorgt voor een succesbeleving waardoor de activiteit langer wordt volgehouden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly