Fysische eigenschappen Flashcards

1
Q

Eigenschappen bij een zwakke aantrekking?

A
Lage dichtheid
Lage smeltpunt
Lage kookpunt
Meer gas
Oplosbaarheid=soort zoekt zoort
Hoge vluchtigheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

eigenschappen bij een sterke aantrekking?

A
Meer vast
Soort zoekt soort
Lage Vluchtigheid
Hoge smeltpunt
Hoge koopunt
Hoge dichtheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Eigenschappen bij zware moleculen?

A
Die zijn meer vast
Hoge dichtheid
Hoe smeltpunt
Hoge kookpunt
lage vluchtigheid
Slecht oplosbaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Eigenschappen bij zwakke moleculen?

A
Goed oplosbaar
Meer gas
Lage kookpunt
Lage smeltpunt
Hoge cluchtigheid
Lage dichtheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de principe bij aggregatietoestand?

Wat kunnen we daar besluiten bij elke stof?

A

Hoe sterker de aantrekking tissen de moleculen hoe moielijker die kan bewegen en hoe groter de moleclen (zwarder) hoe vaster die zijn.
Ionen zijn vast
Metalen zijn vast
Apolaire stoffen zijn gas.
Kleine polaire moleculen zijn gas, een beetje groter is het vloeibaar zoals ethanol en grotere moleculen zoals asfalt zijn vast.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Toepassingen op basis van aggregatietoestand?5

A

Als er in kamertemperatuur vaste of gas vormige stoffen bestaan die zijn polair ofwel apolair.
Lucht bestaat uit O2 en N2 en die zijn allebei apolair, klein en gassen.
I2 is vast Br2 is vloeibaar, Cl2 en F2 zijn gas maar die zijn allmeaal apolair.
Alle edelgassen zijn apolair omdat ze bindingen omgaan.
H2O is een waterstofbrug dus die is vloeibaar en H2S heeft een dipool-dipoolkracht dus die is gas.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de principe bij vluchtigheid?

Wat besluiten we bij elke stof?

A
Hoe sterker de aantrekking tussen de moleculen hoe moielijker die loskomen dus lage vluchtigheid. en hoe groter en zwaarder die moleculen zijn hoe moeilijker kunnen ze gaan vliegen dus lage vluchtigheid.
Ionofore stoffen= laag
Metalen=laag
Polair=matig
Apolair=Hoog
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Toepassing op basis van vluchtigheid?6

A

Kruiden hebben aromas die snel vervliegen dus die moeten pas op het einde van breiding
Zout NaCl is een ionofore stof dus die kan je in het begin van breiding al tovoegen
Fruiten hebbn geur zoals sinnasappelgeur en die vervleigen die zijn redelijk grote moleculen en die zijn licht polair
Moleculen die apolair of licht polair zijn vliegen snel en moleculen die groot zij vliegen trager dus de geur duurt langer
Vluchtige stoffen zijn meestaal apolair zoal ether en Br2
wate ris niet zo vluchtig omwille van de waterstofbruggen
Zoutwinning door zeewater gebeurt door verhitting en zo gaat de polaire water vluchten en de zout blijft achter.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de principes bij smelt/kook punt?Wat besluiten bij elke stof?

A
Hoe sterker de aantrekkimg tussen de moleculen hoe moeilijker die los komen en hoe hoger de kookpunt. Hoe groter en zwaarder die moleculen zijn hoe moeilijeker die kunnen gaan vliegen of zwemmen dus hoge smeltpunt.
ionofoor= hoog
Metaal= hoog
Polair= matig
Apolair= laag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Toepassingen op basis van smelt/kook punt?5

A

Om embryos te bewaren gebruikt men N2= klein en apolair
Water heeft een erg grote smelt/kookpunt omwille van de h bruggen voor zo een kleine polaire moleule.
kaarsvet is apolair, daarom kan je met een strijkijzer en met een keukenrol kan je alle vlekken verwijderen.
s winters diesel bevriest sneller dan benzine omdat die een hoger kookpunt heeft.
Glas is ionofoor en het is moeilijke om dat te smelten maar kunsstoffen zijn apolair of polair en die kunene gemakkelijker smelten= goedkoper

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de principes bij dichtheid?

Wat besluiten we bij elke stof?

A

Hoe sterker de aantrekking tussen de moleculen hoe dichter die bij elkaar zitten en he groter die moleculen heo minder lege ruimte= hoge dichtheid.
Ionofoor= Hoog
Metaal= hoog
Polair=matig Apolair= laag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Toepassingen op basis van dichtheid?7

A

He ballonen gaan hoo want die He is kleiner dan O2 en N2
Al-fietsen en carbonvezels fietsen wegen mimder dan metaln fietsen en dzo kost het midner om die te verplaatsen.
Voor autos gebruiken we nu Al die van brandstofverbruik vermindert.
Pb heeft hoge dichtheid maar die van Os is dubbel zo groot.
lichaam is ionofoor dus die gat in het water zinger waneer lucht kom in d elonge die gaat drijven en wanneer water komt binnen die gaat opnieuw zinken.
In een ruimtevaart worden materialen met lage dichtheid gebruikt zoals apolaire stoffen mar toch zjn er metalen nodig en dia gaan Ti gebruiken die apolair is en voor een metalen stof een heel keline dichtheid heeft.
Bij het bakken van frieten eerst is er apolaire olie dus die frieten gaan zinken en dan water wordt daar vervangen den die gaan drijven dus naar boven komen wanneer zij klaar zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat besluiten we bij oplosbaarheid?

A

Soort zoekt soort
Er zijn speciale gevalen bvb sommige ionofore stoffen kunnen in water oplossen en dat geburt bij ionoforen die hun metaal kant niet zo sterk is. hoe sterker hoe minder kans

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Synoniem voor polair?

A

hydrofiel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe kan je zien of een bleoistof polair of apolair is?

A

Door zijn gedrag in water, als het oplost dan is het polair zoals alcohol en als het niet oplost dan is het apolair zoals olie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

الک کردن

A

schiften

17
Q

Toepassinegn op basis van oplosbaarhet?

A

kleurStiften zijn polair en daarom kan je met water wassen maar alcoholstiften zijn apolair en waterbestandig. ( polair en apolaire inkt)
Vet lost niet op in water dus de vet op ons huis beschermt ons tegen de regen en uitdroging. De vet lost ook niet op in bloed en het slaat neer en de aders kunnen sluiten en die veroorzaakt hartinfarct.
In sauzen worden vaak polaire en apolaire stoffen met elkaar gemengd. de eerste oplossing istovoeging van emulgator en de tweede is verdikkingmiddeln tovoegen zodat stoffen na kloppen geimmobiliseerd worden.
Pesticiden zijn dikwijls apolair dus het fruiten met water wassen gaat de residuen niet helemaal verwijderen.
Veel vitamines zijn polair daarom losen die op in water= bij het koken van broccoli 95% van de vitamine C gaat verloren.
Water mengt niet met ether of white spirit= bvb lak of white spirit oplosbare verf lost niet op in water dus het is apolair en wateroplosbare verf lost niet op in white spiit dus het is apolair.
Sommige gesteenten zijn ionofoor en die lossen op in water en zo gaan grotten ontstaan.
Apolaire vet op vingerafdruk gata de apolaire jooddampen absorberen.
Vetvlekkenverwijders bevatten apolaire stoffen/moleculen.
een frietketel die geblust komt omdat de olie kan niet in water oplossen dus water gaat zinken omwille van hooge dichtheid maar het wordt snel een stoom omdat het een kleiner dichtheid heeft en die gaat olie druppeltjes meenemen.

18
Q

Wat zijn de principes bij gedrag in water?

Wat besluiten we hiervan?

A
Als er geen covalente binding aanwezig is gaan die moleculen uit elkaar dus dissocieren, als er wel een covalnte binding aanwezig is gaan ze hun binding houden, sommige stoffen gaan met water reageren.
Ionen zinken( niet oplosbaar) of splitsen in ionen (oplosbaar) behalve metaaloxiden
Polaire stoffen losen op behalve zuren, apolaire stoffen drijven en borrelen behaleven niet-metaaloxiden en metalen zinken behalve onedele metalen.
19
Q

Wat is een elktrische stroom?

A

Verplaatsing van ladingen

Een bepaalde stof gelidt de elektrische stroom als die ladingen bewegen en die stroomring gesloten wordt.

20
Q

Wat besluiten we bij elektrische stroom?

Wat is special zuren?

A

Enkel metalen, vaste ionofore stoffen en opgeloste zuren kunen die ES geleiden.
Zuren gedragen zich al ionofore stoffen en splitscen in ionen maar die noemen we ionisatievergelijking want eerst moeten ionen vormen en dan splitsen .

21
Q

Wat zijn elektrolyten? benoem alle soorten

A

Stoffen die in opgeloste toestand de elektrische stroom geleiden noemen we elektrolyten.
Sterk elektrolyt: het grootste gedeelte van de opgeloste deeltjes splitsen in ionen
Zwak elektrolyt: een klein gedeelte van de opgeloste deeltjes splitst in ionen. Niet-elektrolyt: geen enkel deeltje splitst in ionen
Gesmolten zuren hebben geen ionen en geleiden dus ook de stroom niet.

22
Q

Toepassingen bij EG?

A

Alle metalen geleiden, maar verschillen toch wel in de sterkte van geleidbaarheid. Ag is de beste geleider (maar te duur voor elektriciteitsleidingen), Cu de tweede beste.
Fe (= metaal) geleidt wel, maar roest (Fe2O3 = ionofoor, vast) geleidt niet (vb. dynamo). Kraantjeswater bevat opgeloste zouten  geleidt  elektrocutiegevaar (vb. radio in bad,
elektrische stoel, …)
Elektrische signalen in zenuwcellen = verplaatsing van ionen (vb. Na)