(Functionele) anatomie wervelkolom Flashcards

1
Q

De wervelkolom bestaat uit: cervicaal, thoracaal, lumbaal en sacrum. Onderscheid kun je maken o.b.v. benige structuren:

A
  • De proc. transversus vormt een gewrichtsvlakje met de ribben (thoracaal), het cervicale deel heeft een foramen waar het a. vertebralis doorheen loopt.
  • We hebben ook gewrichtsvlakjes, de facetgewrichten, waarbij de stand/richting veranderd afhankelijk van het wervelkolom deel. Zo verandert de bewegelijkheid steeds. In de cervicale deel is het horizontaal/diagonaal (per wervel steeds iets diagonaler) en thoracaal staan ze in het frontale vlak. In de lumbale wervelkolom zijn de een kwartslag gedraaid en staan nu in het sagittale vlak.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke bewegingen zijn mogelijk in de verschillende delen?

A

Lumbaal is er dus vrijwel geen rotatie mogelijk is, maar alleen flexie. Thoracaal is er een beetje rotatie mogelijk (50-60 graden in totaal, maar klein beetje per wervel). Cervicaal is het meest bewegelijk (behoorlijke rotatie en flexie).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke bewegingen zijn mogelijk in het cervicale deel?

A

Cervicaal kunnen wel lateraalflexie, ‘ja knikken’ en ‘nee knikken’. Het ‘ja knikken’ en lateraalflexie kan tussen C0 (= hoofd) en C1 wervels. Tussen C1 en C2 draait de atlas om de axis heen en kun je ‘nee knikken’. De rest van de cervicale wervelkolom draait wel degelijk mee (voor 50%).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waaruit bestaan de tussenwervelschijven?

A

Verder hebben we nog een discus intervertebralis tussen twee wervellichamen, bestaande uit een kern (nucleus pulposus) en is omringd door vezelig kraakbeen (annulus fibrosus).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een uncovertebrale gewricht?

A

De wervels, met name cervicaal, kunnen in elkaar zakken ten gevolge van het gewicht van ons hoofd. Dat heeft gevolgen voor die tussenwervelschijven. Door de grote bewegelijkheid in de cervicale wervelkolom ontstaat er kleine scheurtjes in de zijkant van de wervelkolom. Dit zet zich door totdat een tussenwervelschijf volledig doorgescheurd is. Een tussenwervelschijf veranderd dan in een synoviaal gewricht Dit is dus niet aangeboren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat gebeurt er bij een whiplash?

A

Bij een whiplash trauma heb je hyperextentie (je hoofd heeft niet dezelfde snelheid als de romp), daarna kantelt het hoofd richting ventrale flexie en vervolgens 30 graden flexie, daarna is er tractie. De beweging is dus in vier fasen.

  1. (hyper) extensie
  2. flexie ‘tot verticaal’ (hoofd recht boven cervicale wervelkolom)
  3. hoofd kantelt 300 t.o.v. ventraal
  4. tractie (hoofd beschrijft een ballistische baan )
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waar zit de grootste klap?

A

De grootste klap zit tussen C4-C6. Alle ligamenten zijn dan ‘verzwikt’. De cervicale wervelkolom is op dat moment instabiel, door schade aan botten, spieren, banden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke problemen kunnen nog meer optreden door een wiplash? Hoe komt dit?

A

Daarnaast loopt een deel van het centrale zenuwstelsel door de foramen vertebrale. Deze structuur krijgt ook tractie. Een van de problemen die dan kan optreden is beknelling met nekpijn en uitstraling naar hand/arm, door uitreden van zenuwen tussen de wervels. Het kan zelfs tot puntbloedingen leiden, zoals in het ‘braakcentrum’ met een contante misselijkheid tot gevolg of concentratie problemen door puntbloedinkjes elders. Zenuwcellen delen niet, waardoor het dus blijvende schade is. Dit dus naast de problemen in C4-C6.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe ontstaat bekkeninstabiliteit gedurende de zwangerschap?

A

Tijdens de partus moeten de bekken bewegelijk worden. Dit gebeurd door alle banden te verslappen met het hormoon relaxine. De groeven zitten zo niet strak aan elkaar. Er is zo ruimte om het kind door het bekkenkanaal te krijgen. Dit hormoon is nog weken na de partus aanwezig. Je hebt dus nog een tijdje geen stabiel gewricht. Bij te snel, te veel activiteit kan dit leiden tot een chronisch instabiel bekken gewricht. Normaliter herstelt het als het relaxine het lichaam uit gaat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de dens? Bij welke wervel hoort dit?

A

Het bepalende kenmerk van de axis (C2) is het sterke odontoïde proces (benig uitsteeksel), bekend als de dens, dat dorsaal oprijst uit de rest van het bot. Hierop kan het hoofd draaien (altas om axis heen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is de cauda equina?

A

Het ruggenmerg loopt tot Th12/L1. Daarna heb je de cauda equina, wat alleen maar zenuw-wortels zijn. Een dwarsleasie (= ruggenmergschade) is dus nooit op L4.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is een amfiartrose?

A

Een gewricht waarbij er weinig beweeglijkheid is door de vele ligamenten, zoals de pelvis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly