Frans chaptire 1 een kant op Flashcards
1
Q
enregister
A
opnemen
2
Q
fonctionner
A
functioneren
3
Q
également
A
ook
4
Q
actuellement
A
op dit moment
5
Q
l’inconvénient
A
het nadeel
6
Q
elle reçoit
A
zij ontvangt
7
Q
ils suivent
A
zij volgen
8
Q
s’occuper de
A
zich bezighouden
9
Q
les réseaux sociaux
A
de social media
10
Q
le carton
A
de doos
11
Q
la naissance
A
de geboorte
12
Q
l’expression
A
de uitdrukking
13
Q
trichter
A
spieken,valsspelen
14
Q
cacher
A
verstoppen
15
Q
transformer
A
verandereb