Folder 1 voc. Flashcards
1
Q
hoe een film in beeld wordt gebracht
A
cinematography
2
Q
een afkomst
A
a descent
3
Q
een uniek kenmerk, een eigenaardigheid
A
an idiosyncrasy
4
Q
een gewricht
A
a joint
5
Q
een spiervezel
A
a muscle fibre
6
Q
een verhaal, een vertelling
A
a narrative
7
Q
een weglating
A
an obliteration
8
Q
een weglating (ander woord)
A
an omission
9
Q
een beproeving, test
A
an ordeal
10
Q
een ritme, tempo
A
a pacing
11
Q
een zoektocht
A
a quest
12
Q
een verscheidenheid
A
a realm
13
Q
een huidplooi
A
a skin creasing
14
Q
een bal
A
a sphere
15
Q
een sjabloon, een patroon
A
a template
16
Q
een bevestiging
A
a validation
17
Q
een vervoermiddel, communicatiemiddel
A
a vehicle
18
Q
afbeelden, voorstellen
A
to depict
19
Q
voortkomen uit, gecreëerd worden
A
to emerge
20
Q
versterken, verbeteren
A
to enhance