FILOSOFIE Flashcards

1
Q

Wanneer en waar werd Kant geboren?

A

22 april 1724, in het Duitse dorpje Koningsbergen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat weet je over zijn religieuze achtergrond?

A

Het gezin is Luthers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat weet je over zijn familie?

A

Immanuel is de 4e van 9 kinderen. Ze zijn niet rijk. Immanuels vader is zadelmaker in Koningsbergen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe heet zijn eerste hoofdwerk?

A

Kritiek van de zuivere rede.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer is het geschreven en wat weet je over de stijl?

A

Op 57-jarige leeftijd. Het boek was de vrucht van 12 jaar onderzoek. Hij heeft binnen 5 maanden alles opgeschreven. Het is een van de minst leesbare boeken uit de filosofiegeschiedenis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat staat er op het graf van Kant?

A

‘Twee dingen vervullen ons hart met steeds nieuwe toenemende eerbied en bewondering, hoe vaker en hoe langer we erover nadenken: de sterrenhemel boven mij en de zedenwet in mij.’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat kenmerkt de tijdgeest waarin Kant leeft? Noem twee dingen.

A

Geheel Europa was christelijk, er wordt afgerekend met bijgeloof. En in de tweede plaats ligt de klemtoon op goed mens zijn door zelf na te denken, deugden ontwikkelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Tegen welk (filosofisch) probleem loopt Kant aan?

A

Hij vraagt zich af hoe we tot zekere kennis kunnen komen. Het empirisme komt niet verder dan tot het weergeven van een stand van zaken. Het rationalisme gaat aan de werkelijkheid voorbij. Hij ziet wel dat empirisme en rationalisme elkaar nodig hebben.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat verstaan we onder empirisme en wat verstaan we onder rationalisme?

A

Het empirisme stelt dat alleen het meten tot weten leidt. De rede werkt d.m.v. ideeën die door de zintuigelijke ervaring ons wordt aangereikt. Het rationalisme stelt dat onze rede de bron van kennis is, los van zintuigelijke ervaring.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat verstaan we onder de copernicaanse wending bij Kant?

A

Bij hem gaat het in kennis niet meer om nabootsing, maar om vorming van kennis. De mens krijgt bij Kant een actieve en construerende rol in het verwerven van kennis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Op welke drie vragen gaat de filosofie in volgens Kant?

A

Wat kan ik weten? (metafysica) Wat moet ik doen? (ethiek) Wat mag ik hopen? (godsdienst)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat wordt bij Kant onkenbaar? Waarom?

A

God, het Ding-an-Sich is onkenbaar geworden. God wordt ter sprake gebracht in zijn onbekendheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat verstaat Kant onder transcendentale principes?

A

Algemene principes waardoor mensen kunnen kennen. Principes die achteraf in ieder mens aanwezig blijken te zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Het Ding-an-Sich, wat is dat?

A

Het ding zoals het in wezen is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn categorieën bij Kant?

A

Denkvormen die onze waarneming ordenen. Het zijn er 12 die samen het verstand vormen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

De filosofie van Kant wordt het ‘kritisch idealisme’ genoemd. Leg die term uit.

A

Idealisme, omdat het gaat om de ideële samenhangen, waaruit de werkelijkheid wordt opgebouwd. Kritisch, omdat de menselijke geest onderzoekt. Het gaat om een actief bouwen van eigen gelegde banden n.a.v. de waarneming van de werkelijkheid.

17
Q

Wat wil Kant bereiken met zijn filosofie voor de mensheid?

A

Kant wil de mensheid uit de onmondigheid laten treden. Kant wil dat jijzelf nadenkt.

18
Q

Welke grote gevolgen heeft de filosofie van Kant voor het christendom?

A

Het relativeert de openbaring ten gunste van de menselijke factor. Het gevolg is dat de religie niet meer in verband met natuur, geschiedenis en wetenschap gebracht mag worden. Hij brengt een onterecht dualisme aan. Kant maakt God onkenbaar. God is niet langer de Wetgever, waaraan wij gehoorzaamheid verplicht zijn omdat wij door Hem geschapen zijn.

19
Q

Kant ontmythologiseert het geloof. Wat doet hij dan met het geloof?

A

Vergeving van de zonde heeft hij ergens ‘opium voor het geweten’ genoemd.

20
Q

Kant wil religie een plaats geven. Hoe?

A

Hij brengt ook de theologie binnen de grenzen van de rede. Dat betekent dat God ons ontstijgt, met mensvormige uitdrukkingen trekken we God binnen menselijke begrippen en gedachten. Kant denkt wel dat God bestaat, maar Hij is anders dan zoals Hij Zich aan ons openbaart in de Bijbel. We kunnen Hem niet kennen zoals andere dingen uit de werkelijkheid. God is nuttig voor moraal. De moraal laat uitkomen wat de bedoeling van de werkelijkheid is. Godsdienst benadert Kant via het venster van de moraal.

21
Q

Hoe legt Kant uit dat God bestaat?

A

God bestaat, maar niet volgens zijn openbaring. God is niet langer degene die alle eer krijgt, maar de natuur wordt in al zijn grilligheid bewonderd. Aangezien Kant de godsdienst niet wil laten vallen benadert hij deze niet via de reine maar door het venster van de moraal.

22
Q

Wat stelt het rationalisme? Waarom is het een logisch vervolg op Kant?

A

Het rationalisme stelt dat de rede bron van kennis is en dat alle ware kennis berust op toetsbare en herhaalbare gegevens. Kant opent deze route door de aanname dat onze hersenen een informatie verwerkend systeem zijn, waarin kennis tot stand komt.

23
Q

Wat stelt het irrationalisme? Waarom is het een logisch vervolg op Kant?

A

Kant scheidde geloof/moreel besef en wetenschap van elkaar. Geloof en moreel besef vallen buiten de rationaliteit. Ondanks dat wij rationele wezens zijn, is ook religie en moraliteit belangrijk voor ons. Ons bestaan is breder dan rationaliteit.

24
Q

Welke zwakte is in het denken van Kant aan te wijzen?

A

Het Ding-an-Sich is onkenbaar en toch weten we van Dingen-an-Sich. God is ook onkenbaar en tegelijk is God onmisbaar.

25
Welk alternatief stelt Sproul voor om het denken van Kant? Waarom?
Hij zegt dat Paulus in Romeinen 1 stelt dat wij door de verschijnselen om ons heen tot God kunnen opklimmen. Er is dus geen kloof tussen onze wereld en de wereld boven ons.
26
Op welk manco wijzen christen-denkers uit de school van de Wijsbegeerte der Wetsidee op in het denken van Kant?
Zij wijzen op de samenhang tussen ratio en geloofsovergave, die vinden hun eenheid in het hart van de mens. De mens is een eenheid, we denken met ons hart. Kant splitst ons kenproces op in 'modules'.
27
Welke tegenspraak is op te merken rondom het bestaan van god bij Kant?
God is onkenbaar en tegelijk noodzaak in de ethiek.