Examenvragen Flashcards

1
Q

Wat is een endo - en exocriene klier?

Leg uit aan de hand van de pancreas

A

Een exocriene klier zal zijn eindproduct gaan afgeven aan de buitenwereld met behulp van een afvoerbuis zoals bv zweet
Een endocriene klier zal zijn product direct aan de bloedbaan gaan afgeven, er is hier geen afvoerbuis en het zijn vaak hormonen zoals bv insuline

De pancreas is het enige orgaan dat zowel endocrien als exocrien klierweefsel bevat

Pancreas als exocriene klier :

  • Exocriene secretie via ductus pancreaticus naar duodenum
  • Pancreassap bestaat uit water, slijm, amylase, lipase & trypsinogeen
  • Klierweefsel zijn eilandjes van Langerhans

Pancreas als endocriene klier :
- Alpha en bèta cellen produceren hormonen : insuline & glucagon
- Afgifte aan bloedbaan
- Insuline zorgt voor de omzetting van glucose in glycogeen (in lever en spieren)
bij hyperglycemie productie insuline op gang.
bij hypoglycemie zorgt glucagon (= adrenaline) voor omzetting glycogeen in glucose : dit het op peil houden van de bloedsuikerspiegel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de water - zouthuishouding van de nier

A

Proximale tubulus : Na+ en K+ reabsorptie
Aldosteron : opstijgend deel lus van Henle en distale tubulus
ADH : distale tubulus en verzamelbuis
Renine : juxtaglomerulaire apparaat

Proximale tubulus: actieve reabsorptie :
- Actieve reabsorptie Na+ en K+

Aldosteron :

  • Opstijgend deel lus van Henle en distale tubulus
  • Regelt Na / K balans : - Na+ retentie → zoutconcentratie merg ter hoogte van → nierpapil : hoog → H2O reabsorptie
  • Stijging aldosteron geeft stijging bloeddruk

ADH : antidiuretisch hormoon :

  • < hypofyse
  • permeabiliteit epitheel distale tubulus en verzamelbuis → reabsorptie H2O
  • Toename ADH veroorzaakt hogere bloeddruk

Renine (RAA - systeem) :

  • < juxtaglomerulaire cellen (vas afferens - distale tubulus)
  • Toename renine geeft hogere bloeddruk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Uit wat is maagsap bij de carnivoren opgebouwd en welke functie vervullen ze?

A

Pepsine

  • Proteïnase : eiwit splitsend enzyme
  • Voorkomen dat pepsine eiwit van de kliercellen zou vernietigen

Zoutzuur
- Geproduceerd door de wandcellen
Functie
- Activeren van het onwerkzaam pepsinogeen
- Onderhouden van het zuur milieu (optimale pH voor pepsine)
- Breekt eiwitten af : efficiëntere werking pepsine
- Ontsmetting maaginhoud : doodt bacteriën & schimmels

Intrinsic factor

  • Geproduceerd door wandcellen
  • Complexvorming met vitamine B 12

Slijm
- Beschermlaag voor de maagwand

Water
- Oplosmiddel & transportmedium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Leg de bouw van het nefron uit

A

TEKEN

Nefronen zijn de kleine functionele onderdelen van de nier.
Elk nefron bestaat uit de volgende onderdelen :
- Kapsel van Bowmann (Waarin de Glomerulus zit)
- Vas efferens : toevoerende arteriole
- Proximale tubulus / tubulus contortus I
- Lus van Henle
- Distale tubulus / tubulus contortus II
- Vas efferens : afvoerend bloedvat
- Verzamelbuis
- Daarnaast vertoont elk nefron trombone – achtige kronkels

  1. Kapsel van Bowmann
    - Dubbelwandig zakje van 1 – lagig plaveiselepitheel
    - Goed doorlaatbaar
    - Binnenin kapsel zit een kluwen van capillairen ingestulpt : de glomerulus
    - Een kapsel van Bowmann met hierin de glomerulus noemt men een lichaampje van Malpighi
    - Dit is de filtereenheid van de nier
    - Gelegen in de schors van de nier
    - Hier vindt de filtratie plaats
  2. Proximale tubulus / Tubulus contortus I
    - Kanaaltje met een kronkelend verloop
    - Dit stuk bevindt zich nog in volledig in de schorslaag
    - Wanneer deze de merglaag binnendringt : recht verloop
  3. Lus van Henle
    - Dit deel bevindt zich in de merglaag
    - Bestaat uit een dun afdalend deel en een dun (later wat dikker) opstijgend deel, met hiertussen een bocht van 180°
    - Opstijgend deel loopt richting cortex & parallel aan afdalend deel
    - Hier vindt de resorptie plaats
  4. Distale tubulus / Tubulus contortus II
    - Lus van Henle gaat over naar distale tubulus
    - We kunnen hier de juxtaglomerulaire cellen terugvinden
    - Hormoonproductie voor bloeddrukregulatie
    - De distale tubulus mondt uit in een verzamelbuis
    - Deze lopen door de merglaag en monden uit op de top van de nierpapil
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Leg het volledig ademstelsel uit

  • benoem alle structuren (latijn)
  • Hoe gebeurt de gasuitwisseling ?
A

BENOEM

Lucht langs neusgaten in neusholte → nasopharynx → larynx → trachea → bronchen → alveolen

De gasuitwisseling gebeurt ter hoogte van de alveolen.

Gaswisseling is de uitwisseling van de gassen zuurstof (O2) en koolzuurgas (CO2) tussen een organisme en zijn omgeving. Dit is het proces waarbij zuurstof wordt opgenomen in het bloed en koolstofdioxide wordt afgegeven door het bloed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de voordelen van de neusademhaling ?

A
  • Zuivering van de inademingslucht
  • Verwarming van de inademingslucht
  • Bevochtigen van de lucht
  • Keuren van de lucht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Geef de bouw en ligging van de hypofyse en bespreek de hormonen die er geproduceerd worden

A

De hypofyse, ook wel hersenklier of hersenaanhangsel genoemd, is een kleine endocriene klier onderaan de hersenen.
Endocriene klieren zijn organen die hormonen maken en in de bloedbaan brengen.
De hypofyse bestaat uit twee delen: het voorste gedeelte (voorkwab) en het achterste gedeelte (achterkwab).

Hypofyse achterkwab : neurohypofyse
Hierin vindt in feite geen hormoonproductie plaats : De zenuwcellen gaan hier zelf hormonen (2) aanmaken
- Antidiuretisch hormoon : ADH
-> Waterresorptie nieren regelen : Registreert tekort aan vocht in bloed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bespreek de bijnier

  • Welke hormonen worden hier geproduceerd ?
  • Wat is de functie ?
A

De bijnier bestaat uit twee delen namelijk het bijniermerg en de bijnierschors. Deze delen verschillen
van elkaar qua bouw en functie.

Bijniermerg produceert de hormonen adrenaline en noradrenaline.

De bijnierschors produceert de hormonen glucocorticoïden en mineralocorticoïden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Op welke manier regelen de nieren de bloeddruk ?

A

Ze helpen bij het regelen van de bloeddruk. Ze zorgen voor een evenwicht tussen water en zout en voor de productie van een aantal hormonen die de bloeddruk regelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Geef de 3 grote speekselklieren

  • Waar liggen deze?
  • Welke functie(s) heeft speeksel?
A

De glandula parotis :

  • Tussen oorbasis en mandibulaire speekselklier
  • Vult ruimte tussen mandibula en de atlasvleugel
  • Goed te palperen
  • Mondt uit via ductus parotideus door de wang investibulum buccale (tussen wang en tanden)

De glandula sublingualis :

  • Aan binnenzijde mandibula
  • Langwerpige, platte massa langs zijkanten tong
  • 20 - tal kleine afvoergangen welke in mondbodem uitkomen

De glandula mandibularis :

  • Caudaal van het kaakgewricht onder glandula parotis
  • Op palpatie niet verwarren met lymfeklier

Functie speeksel :

  • Hulp bij het vormen van boli van voedsel, zodat slikken vergemakkelijkt wordt
  • Rol in de thermoregulatie : door het zich likken, koelt het bloed in de onderliggende capillairen af, waardoor het dier het teveel aan lichaamswarmte kan verliezen
  • Bij omnivoren en herbivoren helpt amylase uit speeksel met het begin van de zetmeelsplitsing
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe neutraliseert de pancreas het zure maagvocht?

A

De pancreas gaat pancreassap gaan produceren dat bestaat uit :

  • Verteringsenzymen
  • Elektrolyten
  • Pro – enzymen

Daarnaast gaat de pancreas ook bicarbonaat produceren, deze gaat de zure chymus gaan neutraliseren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat heeft er invloed op de glucagon productie en waar wordt deze gevormd?

A

Glucagon wordt geproduceerd in de pancreas door de alfa – cellen.

Invloed
- Een stijging van de glucose, vetzuren & glycerol in de bloedspiegel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar vinden we allemaal amylase terug?

A
  • Deze is terug te vinden in het speeksel van omnivoren en herbivoren
  • Deze is ook terug te vinden in pancreassap
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Leg de begrippen antagonisten en synergisten uit aan de hand van calcitonine, parathormoon & vitamine D.
En in verband met de eilandjes van Langerhans

A

Calcitonine en parathormoon (PTH) zijn elkaars antagonisten (werken elkaar tegen)
Door elkaars tegengestelde werking houden ze elkaar in evenwicht.
- Calcitonine wordt geproduceerd wanneer de concentratie calciumionen in de bloedbaan verhoogd
- Parathormoon wordt geproduceerd wanneer de concentratie calciumhormonen in de bloedbaan verlaagd

Vitamine D en parathormoon zijn elkaars synergisten (werken in elkaars voordeel)
Ze zorgen voor een verhoogde calciumopname in de darm + een verminderde uitscheiding via de nieren

Parathormoon zorgt voor een verhoging van de concentratie calcium
- Door mobilisatie van calcium vanuit botten naar bloed
- Terugresorptie van calcium in de niertubuli
- Terugresorptie van calcium in de darm
Het zijn ook elkaars antagonisten omdat vitamine D inderdaad ook wel voor een verhoogde calcium absorptie zal zorgen maar niet om dit niveau te verhogen in de bloedbaan maar om neer te laten slagen op de botten en het niveau op die manier dus zal doen verlagen.

Eilandjes van Langerhans liggen in het pancreasweefsel, deze eilandjes bestaan uit 2 types
van hormoonproductie : Alfa en bèta cellen.

Alfa : Productie van Glucagon

  • Omzetting van glycogeen naar glucose bevorderen
  • Zelfde werking als adrenaline

Bèta : Insuline

  • Omzetting van glucose naar glycogeen en makkelijke opname in cellen
  • Verlagen van de bloedsuikerspiegel

Glucagon en adrenaline : synergisten
Insuline en glucagon : antogonisten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Beschrijf de opbouw van de larynx en stembanden.

A

BENOEM

De Larynx is terug te vinden in het begin van de trachea

  • Tijdens het slikken wordt deze afgesloten door de epiglottis
  • Deze vormt ook het stemorgaan
  • De larynx is vastgehecht aan de trachea en de tongbeenderen
  • De binnen en voorvlakte is bedekt met slijmvlies

Opbouw
De wand van de larynx is opgebouwd uit verschillende beentjes die met ligamenten zijn verbonden.
Het schildkraakbeen
- 2 zijdelings afgeplatte beenderen
- Mediaal samen in corpus
Het ringkraakbeen
- Zijdelings articulatievlak voor de caudale hoorn van schildkraakbeen
- Articulatievlak voor arytenoïde kraakbeen
- Deels bedekt door laminae schildkraakbeen
De epiglottis
- Deze is bekleed met slijmvlies
- Ligt achter de tongrug
- Sluit de larynx af tijdens het slikproces
De arykraakbeenderen
- De bekerkraakbeentjes
- Een 3 – zijdige pyramide
- Bevat processus vocalis : door spieren mogelijkheid tot bewegen en geluid te maken

Stembanden
Deze is opgebouwd uit het ligamentum van de processus vocalis tot de mediale, caudale rand van het schildkraakbeen loopt en de plica vocalis vormt.
- Tussen de stembanden zit de stemspleet
- De musculus vocale is de spier die de stemspleet kan vernauwen
- De valse stembanden
-> Lopen van arykraakbeenderen naar schildkraakbeen
-> Dragen passief bij aan vorming van klanken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Uit wat bestaat pancreassap en galsap?
Wat is de functie van die bestanddelen?
Hoe verloopt het excretieproces?

A

Pancreassap

  • Verteringsenzymen
  • Elektrolyten
  • Pro – enzymen
  • Bicarbonaat

Galsap

  • 96 % water
  • Galzouten
  • Galpigmenten
  • pH : 7.4 à 8

Functie
Pancreassap neutraliseert het maagvocht en voegt enzymen toe om het verteringsproces beter te laten verlopen.
Gal is een vloeistof dat vetten afbreekt die via voeding in het lichaam terechtkomen, waardoor deze door de darm opgenomen kunnen worden. Daarnaast zorgt het galsap ook voor een neutralisatie van de zure chymus.

Excretieproces gal

  1. Interlobulaire gangen
  2. Grote galgangen
  3. Ductus hepaticus communis
  4. Ductus cysticus
  5. Ductus choledochus
  6. Via Papil van Vater in duodenum
17
Q

Hoe verloopt de regulatie van de ademhaling?

A

De ademhaling is een automatisme dat door het ademcentrum gereguleerd wordt. Deze bestaat uit de volgende onderdelen :

Neuronen in hersenstam

Ademhalingsspieren

  • Diafragma spier : door nervus phrenicus
  • Tussenribspieren : door nervi intercostales

Rekkingssensoren

  • In wand van bronchiën
  • Bij inademing : prikkeling door uitrekking
  • Minder prikkels door uitademing

Chemoreceptoren

  • In de aortaboog & glomus caroticus : Bij daling zuurstofspanning : stimuleren ademcentrum
  • In verlengde merg :Daling pH (> CO2) : stimuleren ademcentrum
  • Bij hogere temperatuur, pijn of lagere bloeddruk : Ademhaling gestimuleerd