Evolucy Flashcards

1
Q

wanneer werd de aarde gevormd? in welke toestand was deze?

A

4,6 miljard jaar geleden: het was een grote gesmolten massa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

waarom was er eerst geen leven mogelijk op aarde?

A
  • er was nog geen water: dit ontstond door het ijs van inslaande meteorieten.
  • er was nog geen zuurstof: stromatolieten deden aan fotosynthese en vormden dit: eerst werd al het ijzer en silicium in de oceanen geoxideerd, daarna kwam het pas in de atmosfeer
  • temperatuur moest dalen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

hoe ontstond de maan?

A

toen Theia (een planeet) met de aarde botste.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

hoe dateren we?

A

relatief: met verhoudingen (niet exact: ouder dan… jonger dan…)
absoluut: met exacte waarden (met foutenmarge)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat zijn de principes van relatieve datering?

A
  • afzettingen worden gevormd in horizontale vlakke lagen (altijd onder water)
  • jongere lagen liggen meestal boven oudere lagen
  • intrusies zijn jonger dan de omliggende gesteenten (magmatische gesteenten)
  • een breuk is jonger dan de gesteentes waar ze doorloopt
  • bij een syncline is het materiaal aan de binnenkant van de plooi het jongst
  • bij een anticline is het materiaal aan de buitenkant van de plooi het jongst
  • na de plooiingsfase ontstaat een tijdshiaat: het vlak tussen 2 lagen pakketten waarbij geen logische opvolging is = discordantievlak
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is koolstofdatering?

A

absolute dateringsmethode voor de leeftijd van organisch materiaal: de hoeveelheid C^14 in de atmosfeer wordt vergeleken met die in het organisme (afgestorven)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

hoe werkt koolstofdatering?

A

de hoeveelheid C^14 wordt gemeten met een deeltjesversneller, gekoppeld aan een massaspectrometer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wanneer werkt de koolstofdatering niet meer?

A

als het organisme ouder is dan 60 000 jaar: men gebruikt andere radioactieve isotopen (K-Ar datering vanaf 100 000 jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

geef de geologische tijdslijn (oud -> nieuw)

A

precambrium
paleozoïcum
- cambrium
- ordovicium
- siluur
- devoon
- carboon
- perm
mesozoïcum
- trias
- jura
- krijt
cenozoïcum
- paleogeen
- neogeen
- quartiar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat gebeurde er in het cambrium?

A

Big Bang van leven: evolutie van planten en dieren is sindsdien niet meer gestopt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

dagzomen

A

gesteenten die aan de oppervlakte komen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

geologische eenheid

A

gesteentepakket of een deel ervan dat op basis van waarneembare eigenschappen een eenheid vormt en als zodanig in kaart gebracht kan worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

waarom worden de jongste afzettingen niet op geologische kaarten ingetekend?

A

omdat ze bijna het gehele aardoppervlak bedekken: andere lagen zouden niet meer zichtbaar zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

massief

A

gebied waar oude gesteenten dicht bij of aan het oppervlak komen: meestal hard gesteente.
tektonische activiteiten -> sokkels steken hoger uit dan de omliggende jongere gebieden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

bekken

A

gebied dat topografisch lager ligt dan de omgeving: sedimentatie vindt er plaats -> niet geplooid, hellen zacht af naar het centrum van het bekken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat is het algemene topografische patroon?

A

bekken -> massief -> bekken

17
Q

wat gebeurde er met de bekkens na het ontstaan van de massieven?

A

ze werden opgevuld met jonger materiaal (volgens een concentrisch patroon: hoe dichter naar het centrum, hoe jonger de afzettingen)

18
Q

massa-extinctie

A

een onevenwicht tussen het aantal soorten dat verdwijnt en de nieuwe soorten die ontstaan.

19
Q

wanneer was de 1ste massa-extinctie? wat waren de omstandigheden?

A

tijd: einde ordivicium, begin siluur
oorzaak:
- daling CO2 gehalte atmosfeer
- zeespiegelveranderingen door verschillende ijstijden
aantal verdwenen soorten: 84%

20
Q

wanneer was de 2de massa-extinctie? onder welke omstandigheden?

A

tijd: einde devoon, begin carboon
oorzaak: nog niet bekend
aantal verdwenen soorten: 74%

21
Q

waarom zijn massa-extincties vooral tijdens overgangsfasen tussen geologische periodes?

A

omdat een nieuwe geologische periode wordt gemarkeerd door verschillen in de atmosfeer: niet alle diersoorten zijn gebouwd voor deze veranderingen.

22
Q

wat gebeurt er tussen het cambrium en ordovicium?

A

leven krijgt nieuwe impuls: dieren ontwikkelen uitwendig skelet en kieuwen.

23
Q

wat gebeurt er tussen het siluur en devoon?

A

planten op het land, hogere temperatuur, Europa schuift naar de evenaar, insecten en amfibieën ontstaan

24
Q

wat gebeurt er tijdens het carboon?

A

Europa aan de evenaar, eerste tropische wouden, vorming dikke steenkoollagen

25
Q

wat gebeurt er tijdens het trias?

A

pangea gevormd: europa ligt niet meer aan de zee: vorming duinen en zoutlagen, reptielen -> dinosaurussen.

26
Q

wat gebeurt er tijdens het jura?

A

pangea breekt op: nieuwe kustgebieden, vorming kalksteenlagen, eerste zaadplanten.

27
Q

wat gebeurt er tijdens het krijt?

A

smeltende ijskappen -> zeespiegelstijging: grote delen van Europa verdwijnen in de zee
ontstaan dikke krijtlagen
vogels en zoogdieren
planten met bloemen.

28
Q

wat gebeurt er tijdens het paleogeen

A

dinosaurussen verdwenen, nieuwe zoogdieren, grassen en bladverliezende planten

29
Q

wat gebeurt er tijdens neogeen?

A

ijskappen aan polen, graslanden, ontstaan mensapen.

30
Q

wat is het pangea?

A

alle landmassa die 1 groot continent vormt (al het land)

31
Q

Wanneer was de 3de massa-extinctie? Wat waren de omstandigheden?

A

einde Perm, begin Trias

oorzaken:
- grote vulkaanuitbarstingen -> klimaatopwarming
- in oceanen: stijging zuurtegraad + tekort O2

96% aan verdwenen soorten

32
Q

wanneer was de 4de massa-extinctie? wat waren de omstandigheden?

A

einde Trias begin Jura

oorzaken:
- grote vulkaanuitbarstingen -> stijging CO2-concentratie
- stijging globale temperatuur
- stijging zuurtegraad oceanen

80% aan verdwenen soorten

33
Q

wanneer was de 5de massa-extinctie? wat waren de omstandigheden?

A

einde Krijt, begin Paleogeen

oorzaken:
- meteorietinslag Yucatan (Mexico) -> daling zonlicht
- globale klimaatwijzigingen

76% aan verdwenen soorten

34
Q

gelogische tijdsschaal (1)

A

13,8 miljard jaar geleden: Big Bang

Hadeïcum: 4,6 miljard jaar geleden -> 4 miljard jaar geleden
- 4,6 miljard jaar geleden: ontstaan Aarde
- eerste sporen van water in mineralen

Archeïcum: 4 miljard jaar geleden -> 2,53 miljard jaar geleden
- 4 miljard jaar geleden: oudste gesteenten
- oudste leven: stromatolieten
- 3 miljard jaar geleden: oudste bewijs voor platentektoniek

Proterozoïcum: 2,53 miljard jaar geleden -> nu
- eerste zuurstof in de atmosfeer
- eerste ‘Snowball Earth’ (ijstijd)
- eerste eukaryote cellen
- oudste supercontinent ‘Nuna’
- eerste meercellige organismen + sterke stijging O2 in de atmosfeer