Etre Futur Flashcards
1
Q
Ik zal zijn
A
Je serai
1
Q
Jij zal zij
A
Tu seras
2
Q
Hij/zij/wij zal/zullen zijn
A
Il/elle/on sera
3
Q
Wij zullen zijn
A
Nous serons
4
Q
Jullie zullen zijn
A
Vous serez
5
Q
Zij zullen zijn
A
Ils/elles seront