Engels - Nederlands Flashcards
1
Q
equal opportunities
A
gelijke kansen
2
Q
equal pay
A
gelijk loon
3
Q
equal rights
A
gelijke rechten
4
Q
equal status
A
gelijke status
5
Q
woman empowerment
A
zelfverwezenlijking van vrouwen
6
Q
glass ceiling
A
glazen plafond
7
Q
objectification
A
objectivering
8
Q
sexism
A
sexisme
9
Q
sexual harassement
A
seksuele intimidatie
10
Q
discrimination
A
discriminatie
11
Q
exclusion
A
uitsluiting
12
Q
inequality
A
ongelijkheid
13
Q
prejudice
A
vooroordelen
14
Q
to prohibit
A
verbieden
15
Q
racism
A
racisme
16
Q
prohibition
A
verbod
17
Q
to restrict
A
beperken
18
Q
restriction
A
beperking
19
Q
segregation
A
rassenscheiding
20
Q
equality
A
gelijkheid
21
Q
liberty
A
vrijheid
22
Q
protection
A
bescherming
23
Q
respect
A
respect
24
Q
tolerance
A
tolerantie
25
basic rights
basisrechten
26
civil rights
burgerrechten
27
equal rights
gelijke rechten
28
fundamental rights
grondrechten
29
gay rights
homorechten
30
human rights
mensenrechten
31
legal rights
wettelijke rechten
32
voting rights
stemrecht
33
women's rights
vrouwenrechten
34
to abolish your rights
rechten afschaffen
35
to claim your rights
rechten claimen
36
to defend your rights
rechten verdedigen
37
to deny your rights
rechten ontzeggen
38
to lose your rights
rechten verliezen
39
to protect your rights
rechten beschermen
40
to respect your rights
rechten respecteren
41
to restrict your rights
rechten beperken
42
to safeguard your rights
rechten waarborgen
43
to stand up for your rights
voor je rechten opkomen
44
to violate your rights
rechten schenden
45
a predator
een roofdier
46
anatomy
anatomie
47
innovation
innovatie
48
sophistication
verfijning
49
agriculture
landbouw
50
legalisation
legaliseren
51
side effects
bijwerkingen
52
an addiction
een verslaving
53
a romcom
een romantische komedie
54
a trope
een terugkerend thema, eigenschap
55
a meet-cute
een leuke/schattige ontmoeting
56
a rivalry
een rivaliteit
57
escapism
escapisme
58
a competitor
een tegenstander, een concurrent
59
a controversy
een controverse, een concurrent
60
consumerism
consumentisme
61
overabudance
overvloed
61
turmoil
onrust, chaos
62
a cult
een sekte
63
doomsday
dag des oordeels
64
toxic
schadelijk voor het lichaam
65
communal
gemeenschappelijk
66
to decriminalize
legaal maken
67
to worship
aanbidden
68
to gaslight
manipuleren
69
gender identity
geslachtsidentiteit
70
trans woman
transvrouw
70
gender dysphoria
genderdysforie
71
sexual reassignment surgery (SRS)
geslachtsverandering chirurgie
71
sexual orientation
seksuele geaardheid
71
cisgender
cisgender
72
transgender
transgender
73
crossdressing
crossdressing
73
trans man
transman
74
transsexual
transseksueel
74
transvestite
travestiet
75
drag
drag
76
transition
transitie
76
to take exception to something
verontwaardigd zijn over iets
77
to picket
protesteren
78
to banter
grapjes maken
79
hospitable
gastvrij
79
a smackdown
een hevige ruzie
80
diversity
diversiteit
81
to ratify
ratificeren
82
suffrage
kiesrecht
83
civil war
burgeroorlog
84
constitution
grondwet
85
inferior
minderwaardig
85
civil
burgerlijk
86
nuclear family
perfecte gezin
87
civil rights movement
burgerrechtenbeweging
88
African American Vernacular Englisch
Afro-Amerikaanse volkstaal Engels
89
to frisk
fouilleren