Eindtermen Flashcards
0-30
Socrates’ opvatting dat het niet onderzochte leven niet de moeite van het leven waard is 1
Socrates zag filosoferen als de enige weg naar een zinvol en goed leven. d.m.v. kritisch onderzoek verrichten kunnen we invullen hoe we een goed en zinvol leven kunnen bereiken, maar ook welke rol religie, kunst etc. daarin behoren te krijgen.
- Het verschil tussen mensen en dieren volgens Cassirer
Volgens Cassirer is de mens een ‘animal symbolicum; onze gemoedstoestand geven we weer in taal, symbolen. Cassirer noemt een aantal voorbeelden van deze ‘symbolische vormen’ onder meer religie, kunst, taal en wetenschap.
- Nietzes opvatting van de mens als ‘niet-vastgesteld, ziek dier’
Volgens Nietzsche is de mens een ziek dier. Mensen hebben last van keuzestress, rusteloosheid en onzekerheid. De mens heeft veel geriskeerd, vernieuuwd en getrotseerd dan alle andere dieren, maar is nog steeds onverzadidgd. Nietzsche haatte de gemeenschappelijke moraal en stelde voor dat de Übermensch zijn eigen waarden schept (individualisme).
- de betekenis van de mens die ‘zichzelf-in-de-wereld verhoudt’
Mensen stellen vragen over het goede leven, omdat wij in staat zijn naar onszelf en de wereld te kijken: we kunnen reflecteren over ons bestaan en wat het goede leven inhoudt. ex-centrisch. Hierin onderscheiden wij ons van dieren, want dieren kunnen niet naar zichzelf in de wereld kijken.
- Kritiek van Nussbaum weergeven dat het BNP als criterium voor het goede leven wordt gebruikt. Daarbij kunnen ze de capabilities approach gebruiken
Nussbaum stelt dat het BNP niet automatisch het goede leven bevordert. Ze gebruikt de Capability Approach waarbij mensen de ruimte hebben om keuzes te maken.
- Capability Approach alle 10 capabilities
- leven 2. lichamelijke gezondheid 3. lichamelijke integriteit 4. zintuiglijke waarneming 5. emoties 6. plannen maken 7. relaties met anderen 8. andere soorten 9. spel 10. zeggenschap over eigen omgeving
- kritiek op Nussbaum’s Capability Approach
het idee van individuele keuzevrijheid is typisch westers. -Capabilities kunnen niet zomaar aan en uit worden gezet, er zijn condities waar wij aan vastzitten
-Instituties spelen ook een rol in de mogelijkheden en beperkingen van goede leven. Ook is er een tegenprestatie nodig omdat het een gemeenschappelijk geheel is.
- Plato’s argumentatie voor de ‘ideale staat’ 1. kritiek van Plato op de democratie
De democratie brengt het goede leven niet dichterbij. Mens is gericht op eigenbelang. De democratie werd een ochlocratie: een schrikbewind van de massa. De burgers in Athene hadden besef van aretè, deugdzaamheid verloren.
- Het verband is tussen de hiërarchische orde in de samenleving en de drie delen van de menselijke zie;
- Hoofd, denken-schouwend deel: filosoofkoningen
- Borst, thymethisch-eergevoelig deel: strijders
- Buik, vegatief-verlangend deel: boeren/arbeiders
6.3. Bearumenteren dat Plato’s ideale staat’ zowel als een utopie als een dystopie kan worden beschouwd en daarbij de kritiek van Popper betrekken.
Utopisch: alles en iedereen op elkaar afgestemd en samenwerkend. Stabiel en passende taken.
Dystopisch: er is geen individuele keuzevrijheid meer.
Kritiek van Popper: een ideale staat wordt uiteindelijk een totalitaire staat. 1 waarheid als absoluut en geen kritische discussie meer toegestaan
- Aristoteles argumentatie dat er verschillende goede staatsvormen zijn
Aristoteles vroeg zich af hoe mensen binnen een bepaalde staatsvorm een goed leven konden leiden. Uitgangspunt de levenshouding van de aristocraten in een aristocratie.
7.1 Welke rol had de rede (logos) en de deugd (aretè) en het handelen (energeia) als werkelijkheid van de ziel daarin spelen
-de rede logos stelt de mensen aan tot handelen. zooion logon echon.
-de deugd aretè maakt het mogelijk goed te kunnen handelen
-handelen energeia is het in werking zijn van de ziel krachtens de deugd.
om te handelen gebruik je de rede en om goed te handelen ook de deugd
beargumenteer dat deugdzaamheid en geluk, eudaimonia, uitsluitend bereikt kan worden binnen de polis
Aristoteles was vrij elitair. Hij zag de manier van leven van aristocraten als ideaal. De edelen waren verantwoordelijk voor het bestuur van de polis. Dus niet voor iedereen weggelegd
uitleggen dat staatsvormen volgens Aristoteles kunnen ontaarden
Ipv Plato ging Aristoteles niet uit van 1 ultieme staatsvorm. Als politieke leiders alleen worden geleid door eigenbelang dan kunnen ze de goede staatsvormen ontaarden en slechte staatsvorm worden. goed: monarchie, aristocratie, politeia slecht: tirannie, oligarchie, democratie
- 1 definitie van deugd volgens Aristoteles en toepassen
de deugd is een intentionele houding die in het midden ligt voor onszelf, redelijk bepaald volgens een redelijkheid waarmee iemand met praktische wijsheid dat zou doen. Middenweg.
8.2 Het streven naar geluk eudaimonia valt samen met het goede voor zichzelf en de gemeenschap
bij de volkomen deugd is de ziel in harmonie met zichzelf en met de ethische deugden en de praktische wijsheid in verhouding tot het recht en welzijn van de medemens.
8.3 onderscheid tussen dinaoëtische en ethische deugden
Volgens Aristoteles menselijke ziel in 2 delen:
- dianoëtische deugden, denkende deel. kennis etc.
- ethische deugden, strevende deel. moed etc. hoe iemand met een situatie omgaat. juiste handelswijze kiezen.
- het vegatieve deel kent geen deugden volgens Aristoteles
8.4 uitleg verschillende deugden elkaar vooronderstellen (Aristoteles)
volgens Aristoteles moet je altijd kiezen tussen twee uitersten en moet je de juiste middenweg kiezen. De ware deugd bestaat uit de verzameling van alle ethische deugden + praktische wijsheid.
8.5 volkomen deugd niet weggelegd voor de massa
volkomen deugd=ethische deugden en praktische wijsheid verenigd en gericht op het welzijn van de medemens =rechtvaardigheid.
8.6 ware vriendschap met zichzelf betekenis
een gelukkig mens doet niet aan destructieve gevoelens en verlangens. iemand die dit wel doet is niet in evenwicht en weinig ‘deugd’ in zijn leven.
- welke rol de deugd rechtvaardigd bij Aristoteles speelt bij zelfverwerkelijking van de mens in de polis. volgen van de wet een vrije handeling is
goede leven is geen zaak van een enkeling. je bent pas gelukkig als gemeenschapswezen. Rechtvaardigheid is een volkomen deugd en gericht op de medemens.
9.1 Volgens Aristoteles is het volgen van de wet een vrije handeling
Het bestuur zelf is een uitdrukking van de deugd. Wetten zijn dus een uitdrukking van edele handelen van elite. Burger herkent de wet als uitdrukking van eigen ethos. heerschappij van vrijen en gelijken over gelijken. Volgens Aristoteles is hiërarchie/ongelijkheid natuurlijk maar onze moderne ideeën komen hier niet mee overeen.
10 volgens de vijf dimensies de opvattingen van Plato en Aristoteles over het goede leven uitleggen
- Samenleven met medemensen: Belangrijk voor Aristoteles, ontwikkeling binnen gemeenschap. 2. instituties: voor Aristoteles de familie en polisgemeenschap waar edelen lieden hoofd waren. hij zag gevaar in handel en geld verdienen. 3. lichaam. lichamelijke behoeften zijn noodzakelijjk maar niet edel. Groei en vooruitgang niet belangrijk. 4. natuur, hiërarchisch en geordend. 5. geestelijk; filosofie centraaal.
11.1 Waarin een karakterhouding zich onderscheidt van emoties en vermogens
de deugd = handeling van de ziel met de rede verbonden in overeenstemming met eigen voortreffelijkheid. houding op matige wijze. -geen emotie, geen bewuste keuzen en wordt niet beoordeeld. -ook geen vermogen, niet slecht of goed om emoties te ervaren. je bezit vermogen van nature, je bent niet van nature goed/slecht.
11.2 dat voortreffelijkheid is gericht op het midden, zoals door verstandige mensen bepaald
in elke grootheid is een groter, kleiner deel. voortreffelijkheid is op midden gericht. Gevoelens op juiste moment, om juiste dingen, met juiste persnen met juiste bedoeling en juiste manier.
11.3 Dat men maar op 1 manier goed maar op vele manieren slecht kan zijn.
het kwaad is onbegrenst, het goede begrenst en dus moeilijker.