Ecosystemen Flashcards
Biotoop
Leefplekde levensgemeenschap
Levensgemeenschap
Is het geheel van alle samenlevend organisme die rechtstreeks of onrechtstreeks een positief of negatief invloed op elkaar uit oefenen
Niche
De manier waarop een soort omgaat met zijn omgeving en de rol die hij daarbij opneemt
Habitat
Is de leefplek van 1 soort
Abiotische factoren
Invloeden van de niet-levende omgeving op het overleven en voorkomen van een soort
Biotische factoren
Invloeden van de levende omgeving op het overleven en voorkomen van een soort
Consumenten
Halen energierijke organische stoffen bij andere organisme door die te eten
Herbivoor
Eten alleen planten
Carnivoor
Eten alleen vlees
Omnivoor
Eten alles
Frugivoor
Eten alleen fruiten
Detrivoor
Eten alleen uitwerpselen
Autotroof
Kunnen zelf energierijk stoffen aanmaken
Biomassa
Alle stoffen aan te duiden die door organismen geproduceerd worden
Voedselpiramide
Is een kwantitatieve voorspelling van voedselrelaties in een ecosysteem
Stikstof asmulatie
Planten nemen de nitraat ion en in minder mate ammonium ion op om er organische stikstof verbindingen
Stikstoffixatie
Stikstof uit de lucht vast gelegd wordt in ammonium en nitraat
Stikstofdisimilatie
Die afbraak van organische stikstof verbindingen
Deminitrificatie
Het vindt plaats als er te weinig O2 aanwezig is in de bodem, dat stikstof telkens opnieuw kan worden gebruikt niet verloren gaat
Ecosysteemdienst
Is elk positief voordeel dat een ecosysteem aan de mens biedt
Producerende dienst
Nuttige producten of energie
Regulerende dienst
Als het verandering opvangt of als het essentiële processen aanstuurt die voor de mens van belang zijn
Ondersteunende dienst
Ecosysteem kunnen niet in stand worden gehouden zonder dat natuurlijke processen zoals fotosynthese, materiekringlopen, de waterkringloop en het onstaan van bodems blijven doorlopen
Culturele dienst
Zijn alle directe en indirect niet-materiële door delen zoals je beïnvloeden, die ecosystemen kunnen bieden