Ecologische groepen Flashcards

1
Q

Vogelmuur

A

A - Akkerplanten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Paarse dovenetel

A

A - Akkerplanten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Akkerdistel

A

B - Planten van droge ruigten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Kweek

A

B - Planten van droge ruigten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Ridderzuring

A

B - Planten van droge ruigten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Canadese fijnstraal

A

C - Planten van voedselrijke plaatsen met wisselende waterstand of anderszins sterk fluctuerende milieuomstandigheden (inclusief tredplanten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Witte klaver

A

C - Planten van voedselrijke plaatsen met wisselende waterstand of anderszins sterk fluctuerende milieuomstandigheden (inclusief tredplanten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Pitrus

A

C - Planten van voedselrijke plaatsen met wisselende waterstand of anderszins sterk fluctuerende milieuomstandigheden (inclusief tredplanten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Grote weegbree

A

C - Planten van voedselrijke plaatsen met wisselende waterstand of anderszins sterk fluctuerende milieuomstandigheden (inclusief tredplanten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Engels raaigras

A

C - Planten van voedselrijke plaatsen met wisselende waterstand of anderszins sterk fluctuerende milieuomstandigheden (inclusief tredplanten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Kruipende boterbloem

A

C - Planten van voedselrijke plaatsen met wisselende waterstand of anderszins sterk fluctuerende milieuomstandigheden (inclusief tredplanten)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Gele plomp

A

D - Waterplanten van voedselrijke omstandigheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Grote waterweegbree

A

E - Planten van voedselrijke waterkanten, moerassen, natte ruigten, aanspoelgordels en rivierbegeleidende wilgenstruwelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Pijlkruid

A

E - Planten van voedselrijke waterkanten, moerassen, natte ruigten, aanspoelgordels en rivierbegeleidende wilgenstruwelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Holpijp

A

E - Planten van voedselrijke waterkanten, moerassen, natte ruigten, aanspoelgordels en rivierbegeleidende wilgenstruwelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Watermunt

A

E - Planten van voedselrijke waterkanten, moerassen, natte ruigten, aanspoelgordels en rivierbegeleidende wilgenstruwelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wolfspoot

A

E - Planten van voedselrijke waterkanten, moerassen, natte ruigten, aanspoelgordels en rivierbegeleidende wilgenstruwelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Grote kattenstaart

A

E - Planten van voedselrijke waterkanten, moerassen, natte ruigten, aanspoelgordels en rivierbegeleidende wilgenstruwelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Riet

A

E - Planten van voedselrijke waterkanten, moerassen, natte ruigten, aanspoelgordels en rivierbegeleidende wilgenstruwelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Grote egelskop

A

E - Planten van voedselrijke waterkanten, moerassen, natte ruigten, aanspoelgordels en rivierbegeleidende wilgenstruwelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Grote lisdodde

A

E - Planten van voedselrijke waterkanten, moerassen, natte ruigten, aanspoelgordels en rivierbegeleidende wilgenstruwelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Duizendblad

A

F - Planten van graslanden op matig, voedselrijke tot voedselrijke, vochtige tot natte grond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Rode klaver

A

F - Planten van graslanden op matig, voedselrijke tot voedselrijke, vochtige tot natte grond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Smalle weegbree

A

F - Planten van graslanden op matig, voedselrijke tot voedselrijke, vochtige tot natte grond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Gestreepte witbol

A

F - Planten van graslanden op matig, voedselrijke tot voedselrijke, vochtige tot natte grond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Scherpe boterbloem

A

F - Planten van graslanden op matig, voedselrijke tot voedselrijke, vochtige tot natte grond

27
Q

Gewoon biggenkruid

A

I - Planten van droge, neutrale tot zure graslanden

28
Q

Gewone dophei

A

J - Planten van heiden vennen en schraallanden

29
Q

Struikhei

A

J - Planten van heiden vennen en schraallanden

30
Q

Pijpenstrootje

A

J - Planten van heiden vennen en schraallanden

31
Q

Wilgenroosje

A

K - Planten van kaalslagen

32
Q

Gewone vlier

A

L - Planten van zomen en struwelen

33
Q

Gewone berenklauw

A

L - Planten van zomen en struwelen

34
Q

Zevenblad

A

L - Planten van zomen en struwelen

35
Q

Klein springzaad

A

L - Planten van zomen en struwelen

36
Q

Hondsdraf

A

L - Planten van zomen en struwelen

37
Q

Eenstijlige meidoorn

A

L - Planten van zomen en struwelen

38
Q

Sleedoorn

A

L - Planten van zomen en struwelen

39
Q

Grote brandnetel

A

L - Planten van zomen en struwelen

40
Q

Haagbeuk

A

M - Bosplanten van matig voedselrijke tot voedselrijke, neutrale tot basische bodems

41
Q

Hazelaar

A

M - Bosplanten van matig voedselrijke tot voedselrijke, neutrale tot basische bodems

42
Q

Zwarte els

A

M - Bosplanten van matig voedselrijke tot voedselrijke, neutrale tot basische bodems

43
Q

Beuk

A

M - Bosplanten van matig voedselrijke tot voedselrijke, neutrale tot basische bodems

44
Q

Zomereik

A

M - Bosplanten van matig voedselrijke tot voedselrijke, neutrale tot basische bodems

45
Q

Es

A

M - Bosplanten van matig voedselrijke tot voedselrijke, neutrale tot basische bodems

46
Q

Gewone esdoorn

A

M - Bosplanten van matig voedselrijke tot voedselrijke, neutrale tot basische bodems

47
Q

Ruwe berk

A

N - Bosplanten tamelijk tot zeer voedselarme, kalkarme bodems

48
Q

Zachte berk

A

N - Bosplanten tamelijk tot zeer voedselarme, kalkarme bodems

49
Q

Wilde kamperfoelie

A

N - Bosplanten tamelijk tot zeer voedselarme, kalkarme bodems

50
Q

Adelaarsvaren

A

N - Bosplanten tamelijk tot zeer voedselarme, kalkarme bodems

51
Q

Blauwe bosbes

A

N - Bosplanten tamelijk tot zeer voedselarme, kalkarme bodems

52
Q

Amerikaanse eik

A

N - Bosplanten tamelijk tot zeer voedselarme, kalkarme bodems

53
Q

Tamme kastanje

A

N - Bosplanten tamelijk tot zeer voedselarme, kalkarme bodems

54
Q

Wintereik

A

N - Bosplanten tamelijk tot zeer voedselarme, kalkarme bodems

55
Q

Grove den

A

N - Bosplanten tamelijk tot zeer voedselarme, kalkarme bodems

56
Q

Bochtige smele

A

N - Bosplanten tamelijk tot zeer voedselarme, kalkarme bodems

57
Q

Amerikaans krentenboompje

A

N - Bosplanten tamelijk tot zeer voedselarme, kalkarme bodems

58
Q

Amerikaanse vogelkers

A

N - Bosplanten tamelijk tot zeer voedselarme, kalkarme bodems

59
Q

Wilde lijsterbes

A

N - Bosplanten tamelijk tot zeer voedselarme, kalkarme bodems

60
Q

Ratelpopulier

A

N - Bosplanten tamelijk tot zeer voedselarme, kalkarme bodems

61
Q

Douglasspar

A

O - Exotische naaldbomen

62
Q

Lork

A

O - Exotische naaldbomen

63
Q

Fijnspar

A

O - Exotische naaldbomen