DNA Replication and Repair Flashcards

1
Q

Noem de drie mogelijkheden van DNA replicatie.

A

Semi conservatief, dispersief en conservatief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de semi conservatieve vorm van replicatie?

A

De ouderstreng en de nieuwe streng vormen een duo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de dispersieve vorm van replicatie?

A

De streng deelt in kleine stukjes en plakt oude en nieuwe delen aan elkaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de conservatieve vorm van replicatie?

A

De ouderstreng en nieuwe streng gaan elk basen paren, waardoor er een volledig nieuwe streng vormt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe verloopt het process van centrifugatie van DNA?

A

Bacterie kweken in 15N of 14N, hierna het DNA van de bacterie isoleren en in een centrifuge buisje met cesium chloride zoutoplossing brengen. Dit op hoge snelheid voor 48 uur centrifugeren om een cesium chloride dichtheid gradiënt te vormen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de cesium chloride dichtheid gradiënt van 15N en 14N?

A

15N (zware DNA) vormt een band met een hoge dichtheid gradiënt waardoor het naar de bodem zakt. En 14N (lichte DNA) vormt een band met een lage dichtheid gradiënt waardoor het dichter bij de top van het buis ligt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat gebeurt er als bacteriën gekweekt in een zwaar medium (15N) overgebracht worden naar een licht medium (14N) en voor een uur delen

A

Er ontstaat een streep in het midden van het centrifuge buisje.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat gebeurt er als bacteriën gekweekt in een zwaar medium (15N) overgebracht worden naar een licht medium (14N) en voor een uur delen

A

Er ontstaat een streep in het midden van het centrifuge buisje.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Welke replicatie mogelijkheden zijn er als er een streep in het midden van een centrifugebuis ontstaat?

A

Semi-conservatief of dispersief aangezien het conservatieve model uitgesloten is bij dit process.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de replicatie-origine?

A

Dit is de start van replicatie, hier wordt de DNA helix geopend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe wordt een DNA-helix geopend?

A

Initiator eiwitten herkennen de DNA-sequenties op de replicatie oorsprongen en trekken de 2 strengen uit elkaar. De uit elkaar getrokken strengen kunnen nu als sjabloon dienen voor de replicatie van de nieuw gesynthetiseerde DNA strengen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe verloopt de voortbeweging van de replicatievorken?

A

In tegenovergestelde richting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoeveel replicatie oorsprongen hebben eukaryoten en prokaryoten?

A

Eukaryoten hebben veel replicatie oorsprongen waar meerdere replicatie tegelijkertijd kunnen plaatsvinden. Prokaryoten hebben echter een cirkelvormig DNA met enkel 1 replicatie origine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe verloopt de replicatie van de matrijs streng en de nieuw gesynthetiseerde streng?

A

Matrijs streng: Van 3’ naar 5’

Nieuw gesynchroniseerde streng:
Van 5’ naar 3’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe verloopt de replicatie van de matrijs streng?

A

Van 3’ naar 5’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoeveel energie is nodig voor de aan maak/ aanhechting van 1 nucleotide?

A

2ATP

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Door welk proces wordt de synthese van een polynucleotide, RNA of DNA aangedreven?

A

Door ATP-hydroluse

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

In welk vorm komen nucleotiden in de reactie bij DNA synthese?

A

Nucleotiden komen in de reactie als desoxyribonucleosidetrifosfaat. Een binnenkomend nucleoside vormt een basenpaar met zijn partner in de matrijs streng via covalente binding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Welk energie wordt er gebruikt voor de polymerisatie reactie?

A

De energie voor de polymerisatie reactie komt van de hydrolyse van een hoog energetische fosfaat binding in het binnenkomende nucleosidetrifosfaat en de afgifte van pyrofosfaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Welk rol speelt DNA-polymerase bij DNA synthese?

A

DNA-polymerase versnelt het proces, leidt nucleosidetrifosfaat naar de matrijs streng en positioneert het zodat 5’ trifosfaat reageert met 3’-hydroxylgroep.

Katalyseert de aanhechting van nieuwe nucleotiden aan het 3’-uiteinde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Welk energie verbruikt de aanhechting van een nieuwe nucleotide aan 3’-uiteinde van de matrijs streng?

A

Verbruik van energie van fosfo-anhydride bindingen van nieuw inkomende nucleotide

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Waar voegt DNA polymerase een desoxyribonucleotide toe?

A

Aan de 3’ uiteinde van een groeiende DNA streng

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Welk polariteit hebben nieuw gesynthetiseerde DNA strengen ter hoogte van de replicatievork?

A

Tegenovergestelde polariteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Waarom hebben nieuwe strengen een tegenovergestelde polariteit?

A

Omdat de sjabloon strengen in tegenovergestelde richting zijn georiënteerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Hoe verloopt de synthese van de nieuw gesynthetiseerde DNA strengen?
Enkel in 5'-3' richting
26
Wat gebeurt er als DNA-polymerase een fout nucleotide koppelt?
Indien de polymerase een fout nucleotide koppelt, zal de foute binding van de nucleotide de polymerase niet toestaan voort te bewegen. Hierdoor herkent de polymerase dat de nucleotide fout is en koppelt het een correcte (proeflezen)
27
Hoe verklaart proeflezen van de polymerase de reden dat de nucleotide aan 3' moet aanhechten?
Als een nucleotide aan 5' hecht, dan zal het proeflezen wegvallen en zal je de energie van de aanhechtende fosfaatgroep niet kunnen gebruiken
28
Welk twee actieve sites heeft dna polymerase bij dyna synthese en proeflezen?
P (polymerisatie), dit is de plaats waar een nieuw nucleotide wordt aangehecht. E (editing), dit is de plaats voor het verwijderen. Aan een fout nucleotide
29
Hoe verloopt de richting van polymerisatie in een normale situatie? En wat zou er gebeuren indien het de tegenovergestelde opgaat?
Normaal: 5' naar 3' Indien 3' naar 5': energie nodig via hydrolyse van fosfaatgroepen aan 5' uiteinde
30
Hoe verloopt de richting van polymerisatie in een normale situatie? En wat zou er gebeuren indien het de tegenovergestelde opgaat?
Normaal: 5' naar 3' Indien 3' naar 5': energie nodig via hydrolyse van fosfaatgroepen aan 5' uiteinde
31
Door welk component worden okazaki fragmenten aan elkaar geplakt?
DNA ligase
32
Wat gebeurt er bij het proeflezen indien de polymerisatie van 3' naar 5' verloopt?
Verwijdering van een fout nucleotide zal de toevoeging van een correcte nucleotide blokkeren aangezien er geen hoog energetische fosfo-iesterbinding meer aanwezig is aan 5'- uiteinde
33
Wat voor synthese hebben de leading en lagging strands?
Leidende streng: continue synthese Navolgende streng: discontinue synthese (okazaki fragmenten)
34
Wat heeft DNA polymerase nodig voor de aanmaak van een nieuwe keten?
DNA primer
35
Hoeveel RNA primers hebben de leading en lagging streng nodig?
Leading streng heeft enkel 1 primer nodig. Lagging streng heeft voor elk okazaki fragment een nieuwe primer nodig
36
Hoe worden RNA primers gesynthetiseerd?
RNA primers worden gesynchroniseerd door RNA-polymerase, dat een stukje DNA streng als sjabloon gebruikt
37
Hoe worden RNA primers gesynthetiseerd?
RNA primers worden gesynchroniseerd door RNA-polymerase, dat een stukje DNA streng als sjabloon gebruikt
38
In welke richting verloopt primase?
In 5' - 3' richting
39
In welke richting verloopt primase?
In 5' - 3' richting
40
Hoe kan RNA-polymerase een nieuwe polynucleotideketen starten?
Door 2 nucleosidetrifosfaten samen te voegen zonder dat een base-gepaard 3' uiteinde als uitgangspunt nodig is. DNA polymerase kan dit niet!
41
Welk trifosfaat component wordt er gebruikt bij primase?
Ribonucleosidetrifosfaat ipv desoxyribonucleosidetrifosfaat
42
Hoelang is een RNA primer?
10 nucleotiden lang
43
In het geval van eukaryoten, hoe groot zijn de tussenpozen op de achterblijvende streng bij RNA polymerase
200 nuclotiden
44
Hoe worden okazaki fragmenten gevormd?
RNA-primers worden verlengd met een replicatieve DNA polymerase
45
Hoe worden primers verwijderd?
Primera worden verwijderd door nuclease die de RNA-streng in een RNA-DNA hybride helix herkennen en afbreken
46
Hoe worden de gaten, die na verwijdering van primers ontstaan, opgevuld?
De gaten worden door reparatie DNA polymerase opgevuld, dit kan ook proeflezen
47
Welk rol heeft DNA ligase?
DNA ligase voegt voltooide DNA fragmenten samen
48
Wat is de nick-sealing reactie?
De vorming van een fosfodiesterbinding tussen 3' hudroxyluiteinde en 5' fosfaatuiteinde. Dit process vereist ATP
49
Wat is de rol van helicase?
Helicase zijn enzymen die de dubbele DNA-spiraal ontbinden en door het verbreken van waterstofbruggen de 2 strengen uit elkaar halen
50
Leg uit hoe DNA polymerase kan worden hergebruikt voor de opeenvolgende okazaki fragmenten
De achterblijvende DNA polymerase is gebonden aan de rest van de replicatie eiwitten
51
Welke problemen worden er veroorzaakt bij de ontbinding van de DNA dubbelhelix door DNA helicase?
Dit leidt tot een sterke oprolling van de DNA helix verderop, dit kan problemen veroorzaken bij ontrolling en voor de replicatievork
52
Wat is de rol van DNA topoisomerasen?
Het verlichten van de spanning door tijdelijke inkepingen in DNA te maken (doorknippen van streng om verdere oprolling tegen te houden)
53
Welke DNA sequentie elementen zijn er nodig om een eukaryoot chromosoom te reproduceren?
Telomeren, een centromeer en replicatieoorsprongen
54
Hoe recyclebaar zijn telomeren?
Telomeren worden korter na elke replicatie. Op den duur zal het op gaan en verouder je
55
Welk twee meest voorkomende chemische reacties kunnen ernstige DNA schade in cellen veroorzaken
Depurinatie en deaminatie
56
Welke onderdelen kan depurinatie verwijderen?
Depurinatie kan guanine of adenine uit DNA verwijderen
57
Welk gevolg heeft depurinering op het DNA?
Dit kan leiden tot een verlies van een nucleotide paar (indien niet gecorrigeerd)
58
Wat is deanimering?
Deaminatie is de reactie waarbij uracil en cytosine worden omgezet
59
Welke gevolgen heeft deanimering op het DNA
DNA replicatie machine voegt adenine toe wanneer het een uracil op de sjanloonstreng tegenkomt
60
Waar vinden depurinatie en deaminatie plaats?
Op het DNA dubbel helix. Deze processen verbreken de fosfodiesterruggengraat niet
61
Wat is xeroderma pigmentosum?
Dit is een erfelijke aandoening dat in het gen dat voor het eiwit NER codeert wordt veroorzaakt
62
Wat zijn de basis mechanismen van DNA herstel?
Excisie, hersynthese en ligatue
63
Wat is excisie?
Hierbij wordt het beschadigd DNA herkend en knipt nuclease het beschadigd nucleotide weg
64
Wat beurt er bij hersynthese?
Herstel DNA polymerase hecht nieuw en correct nucleotide aan
65
Wat is ligatie?
DNA ligatie hecht nucleotiden terug aan elkaar dmv nick sealing. Hiervoor is ATP-hydrolyse nodig. Dit herstelt de verbroken fosfodiesterbinding
66
Wat is een dubelstrengige breuk?
Dit is een breuk in beide strengen van de DNA helix
67
Wat gebeurt er bij een niet-homologe eind verbinding?
De breuk wordt schoongemaakt door een nuclease dat de gebroken uiteinden terugkauwt om vlakke einden te produceren, en elkaar genaaid worden door ligase. Dit zorgt voor verlies van nucleotiden.
68
Wanneer kan de onbeschadigde dubbelhelix als sjabloon gebruikt worden bij het herstelproces?
Na DNA replicatie maar voordat chromosoom kopieën gescheiden worden
69
Kan DNA schade door UV licht hersteld worden?
Nee, want dit vormt thyminedineren
70
Hoe ontstaat sikkelcelanemie?
Een mutatie in bèta globine zorgt voor productie van bèta globine subeenheid door verandering van glutaminezuur naar valine Bij 2 exemplaren van een mutant bèta globine gen ontstaat we sikeklcelanemie
71
Wat leidt een mutatie in somatische cellen tot?
Dit kan leiden tot ongecontroleerde celdeling en tumorvorming
72
Welk similarity is er tussen walvissen en mensen?
De geslachtsbepalende genen lijken op elkaar. Nucleotide sequenties van veel genen zijn nauw verwant
73
Welk herstel machine is favourable bij een dubbelstrengige breuk?
Homologe recombinatie, dit leidt niet tot een verlies van nucleotiden
74
Welk herstel machine is favourable bij een dubbelstrengige breuk?
Homologe recombinatie, dit leidt niet tot een verlies van nucleotiden