Disorganised attachment in infancy : a review of the phenomenon and its implications for clinicians and policy makers Flashcards

artikel 3

1
Q

Wat is gehechtheidsgedrag? welke gedrag komt het meest voor, waar en in welke groep is dit onderzocht?

A

-Elke gedrag wanneer het gericht is op het verkrijgen en behouden van nabijheid tot contact en aandacht gericht op gehechtheidsfiguur wanneer het gehechtheidssyteem geactiveerd is.
- Veel voorkomende gedrag is die geobserveerd is tijdens SSP tussen 12-18 maanden is o.a lachen, naar de gehechtheidsfiguur. kruipen of lopen, reiken en vastklampen en gericht huilen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Kan de uiting van gehechtheidsgedrag variëren?

A
  • ja tussen ontwikelling fases en situaties.
    -het is misleidend om te denken dat het niet hierbij alleen om instinctief gedrag gaat. Welke gehechtheidsgedrag vertoond en welke gehechtheidsstrategieen mensen ontwikkelen is volgens de gehechtheidtheorie het gevolg van leren door ervaringen met gehechtheidsgedrag.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is Intern werkmodel?

A

-verwachtingen
-Kinderen ontwikkelen verwachtingen over het toekomstige gedrag van hun gehechtheidsfiguren op basis van hun ervaringen in de vroege gehechtheidsrelatie.
-Leertheorie:ontwikkelen kinderen verwachtingen over bepaalde reacties van de gehechtheidsfiguur op hun gehechtheidsgedrag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Veiligheid van gehechtheidsrealtie? welke eigenschap is dat?

A

eigenschap van de opvoeder-kind gehechtheidsrelatie waarbij kinderen vertrouwen hebben in de beschikbaarheid van de gehechtheidsfiguur als een veilige haven en veilige basis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Gehechtheidsclassificatie/ gehechtheidspatroon bij jonge kinderen?

A

Categorien die worden toegekend op basis van een meting met valide en betrouwbaar bevonden meetinstrument. deze categorieën vatten individuele verschillen in patronen van gehechtheidsgedrag samen. deze patronen zijn RELATİE-SPESİFİK (d.w.z het kan anders uitzien met verschillende gehechthheidsfiguren), en geen persoonskenmerken en ook geen individuele diagnose. het meest gebruikte meetinstrument voor kinderen tussen 12 en 24 maanden is sap.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is angstig-afwerend-AMBİVALENTE gehechtheidsRELATİE?
Resistant attachment

A

Gehechtheidsclassificatie die toegekend wordt op basis van SSP bij jonge kinderen als de interactie tussen kind en gehechtheidsfiguur gekenmerkt wordt door een gedragspatroon van contact zoeken in combinatie met contact -afwerend gedrag .
Volgens de gehechtheidstheorie is een ambivalente gehechtheidsrelatie een conditonele(aanpassen) strategie die ontstaat als reactie op de opvoed condities waarin kinderen opgroeit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is ambivalent gehechtheidsGEDRAG?
resistant attachment

A

bij zowel baby’s als oudere kinderen uit ambivalent gehechtheidsgedrag zich in sterk richten van de aandacht op de beschikbaarheid van een gehechtheidsfiguur.
Het kind laat zien getroost te willen worden, maar biedt tegelijkertijd weerstand en accepteert troostend gedrag van gehechtheidsfiguur niet. wegduwen, slaan, wurmen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Vermijdende gehechtheidsgedrag.
avoident attachment

A

bij een vermijdende gehechtheidsrelatie kan het lijken alsof er niets aan de hand is, terwijl het kind wel stress ervaart.

volgens de gehechtheidstheorie is vermijdende gehechtheidsrelatie een conditonele(aanpassen) reactie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Vermijdende avoindent gehechtheidsGEDRAG.behaivor

A

observeerbaar gedrag tijdens SSP .
volgens de onderzoekers komt dit tot stand wanneer kinderen hun aandacht zo min mogelijk richten op de gehechteheidsfiguur. zoekt weinig of nauwelijks contact op. wegkijken.
bij de oudere kinderen : weinig mogelijk de aandacht richten op beschikbaarheid Van een gehechtheidsfiguur als veilige haven.het opvoeder wordt niet volledig buitengesloten of genegeerd maar van het communicatie begrijp je dat het kind niet verwacht ouder als veilig haven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

gedesorganiseerde gehechtheid gedrag

A

Het kind heeft geen effectieve strategie om zijn/haar angst te reguleren met behulp van gehechtheidsfiguur, omdat deze angst versterkt of mede veroorzaakt. Volgens de theorie komt dit voort uit alarmerend of onverklaarbare gedrag van gehechtheidsfiguur, omdat deze de angst versterkt of mede veroorzaakt.

tegenstrijdig , angstig of verward gedrag.ten aanzien van gehechtheidsfiguur, contact zoeken vervolgens gelijk terugtrekken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

waarom gedesorganiseerde gehechtheid?

A

het is niet altijd kindermishandeling.
het kan ook:
gehechtheidsfiguur eerdere trauma of psychologische problemen.
bijv. socio-economische risicofactoren angstig of beangstigend reactie op gehechtheidsgedrag van het kind. onverklaarbaar of onvoorspelbaar gedrag kan beangstigend zijn voor een kind.herhaaldelijke of langdurige scheidingen of ingrijpende scheidingen van kind en gehechtheidsfiguur kunnen een oorzaak zijn voor gedesorganiseerde gehechtheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Gehechtheidsbiografische interview
Adult Attachment Interview

A

Een semi - gestructureerde interview.
Nederlandse vertaling van ijzeerdoon.
het interview bestaat uit 20 vragen.
De vragen gaan over ervaringen van geïnterviewde met zijn/haar opvoeders in kindertijd, ervaringen, verlies of misbruik , hoe deze ervaringen de volwassenen persoonlijkheid ..

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

welke patronen onderken main et al met het Adult attachment?

A

adults state of mind with respect ro attachment.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

waarvoor is adult attachment bedoeld

A

het is bedoeld om door middel van een waste set vragen de aandacht te richten op gehechtheidservaringen en herinneringen op te halen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

hoe kan je de spreker analyseren met aaı

A

1- episodische informatie , dat wil zeggen : specifieke gebeurtenissen en wanneer deze gebeurd zijn, zoals ongeluk
2-semantische informatie , dat wil zeggen : overtuigingen over de wereld , bijvoorbeeld of mensen in het algemeen zorgzaam zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is state of mind ten aanzien van gehechtheid?

A

state of mind ten aanzien van gehechtheid gaat over de manier waarop iemand gehechtheidsgerelateerde ervaringen kan ophalen en erover kan communiceren. de studie van Main en collega’s over her Gehechtheidsbiografie interview dus (aaı)

17
Q

welke 4 classificaties kunnen AAI van state of mind ten aanzien van gehechtheid worden gegeven?

A

1-Autonome state of mind
2-gereserveerde state of mind
3-gepreoccupeerde state of mind
4-onverwerkte state of mind
ten aanzien van gehechtheid.