Derde Ronde Les 2 Flashcards
1
Q
prosperity
A
de welvaart
2
Q
well-being ; welfare
A
het welzijn
3
Q
wealth
A
de rijkdom
4
Q
to gain ; to earn ; to acquire
A
verwerven
5
Q
superpower
A
de grootmacht
6
Q
also
A
ook
mede (formeel)
7
Q
tolerance
A
de tolerantie
8
Q
on the other hand
A
daarentegen ;
daartegenover
9
Q
decline ; deterioration
A
de achteruitgang
10
Q
free trade
A
de vrijhandel
11
Q
massive ; large-scale
A
massaal
12
Q
expansion ; extension
A
de uitbreiding
13
Q
gradual
A
geleidelijk ;
langzamerhand
14
Q
natural sciences
A
de betawetenschappen
15
Q
trade union ; labor union
A
de vakbond
16
Q
time-consuming
A
tijdrovend